Receptplichtig

Filter
Filters
€ 0
€ 0
–
De Stronghold spot-on pipet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van vlooien besmettingen bij hond en kat.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Stronghold uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Stronghold spot-on voor hond en kat.
#Bijsluiter informatie Stronghold spot-on hond kat#
Indicaties
Katten en honden: - Behandeling en preventie van besmettingen door vlooien veroorzaakt door Ctenocephalides spp. gedurende 1 maand volgend op een éénmalige behandeling. Dit is het gevolg van de adulticide, larvicide en ovicide eigenschappen van het product. Het product heeft een ovicide werking gedurende 3 weken na toediening. Maandelijkse behandeling van drachtige en lacterende dieren zal, door reductie van de vlooienpopulatie, ook een hulp zijn bij de preventie van een vlooienbesmetting in het nest tot een leeftijd van zeven weken. Het product kan gebruikt worden als onderdeel van de behandelingsstrategie bij vlooienallergie-dermatitis en het kan door de ovicide en larvicide werking een hulpmiddel zijn om een in de omgeving aanwezige vlooienbesmetting te bestrijden in ruimtes waar het dier mag komen. - Preventie van hartwormziekte veroorzaakt door Dirofilaria immitis, indien maandelijks toegediend. Stronghold kan veilig aan met volwassen hartworm geïnfecteerde dieren worden toegediend. Maar in overeenstemming met "Good Veterinary Practice" (GVP), wordt aanbevolen alle dieren die 6 maanden of ouder zijn en in endemische gebieden wonen, op bestaande besmettingen met hartwormen te testen voordat met toediening van Stronghold wordt begonnen. Bij honden wordt tevens periodiek onderzoek op infecties met volwassen hartwormen aanbevolen als integraal onderdeel van een hartwormpreventie strategie, ook als Stronghold maandelijks is toegediend. Dit product is niet effectief tegen volwassen Dirofilaria immitis. - Behandeling van infecties met oormijt (Otodectes cynotis). Katten: - Behandeling van infecties met volwassen spoelwormen (Toxocara cati) en volwassen intestinale haakwormen (Ancylostoma tubaeforme). - Behandeling van besmetting met bijtende luizen (Felicola subrostratus). Honden: Behandeling van besmetting met bijtende luizen (Trichodectes canis). - Behandeling van sarcoptesschurft (veroorzaakt door Sarcoptes scabiei). - Behandeling van infecties met volwassen intestinale spoelwormen (Toxocara canis).
Geschikt voor
Hond, kat.
Niet geschikt voor
Niet gebruiken bij dieren jonger dan 6 weken. Niet gebruiken bij zieke katten of bij verzwakte katten met een naar grootte en leeftijd te laag gewicht.
Toediening & dosering
Voor topicaal gebruik, op de huid aan de basis van de nek, net voor de schouderbladen. Stronghold dient als een eenmalige topicale dosis toegediend te worden in een minimum dosering van 6 mg selamectine per kg lichaamsgewicht. Wanneer meerdere besmettingen of infecties tegelijkertijd bij hetzelfde dier behandeld worden met het product, dient slechts één topicale toediening plaats te vinden met de aanbevolen dosering van 6 mg/kg. Zie tabel bijsluiter. Behandeling en preventie van vlooienbesmettingen (katten en honden) Na toediening van het product worden de volwassen vlooien op het dier gedood, er worden geen levensvatbare eitjes meer geproduceerd en larven (die alleen aanwezig zijn in de omgeving) worden ook gedood. Dit maakt een einde aan de vermenigvuldiging van de vlooien, doorbreekt de levenscyclus van de vlo en het kan een hulpmiddel zijn om een in de omgeving aanwezige vlooienbesmetting te bestrijden in ruimtes waar het dier mag komen. Voor preventie van besmettingen door vlooien moet het product tijdens het vlooienseizoen iedere maand worden toegediend. Eén maand voordat de vlooien actief worden, moet met de behandeling worden gestart. Door middel van een reductie van de vlooienpopulatie draagt maandelijkse behandeling van drachtige en lacterende dieren bij aan de preventie van vlooienbesmettingen bij zogende pups en kittens uit het nest tot een leeftijd van zeven weken. Voor gebruik als onderdeel van de behandelingsstrategie van vlooienallergie-dermatitis, dient het product met maandelijkse intervallen te worden toegediend. Preventie van hartwormziekte (katten en honden) Het product kan het hele jaar door toegediend worden of tenminste binnen een maand nadat het dier voor het eerst aan muggen is blootgesteld en daarna iedere maand tot het einde van het muggenseizoen. De laatste dosis moet binnen een maand nadat het dier voor het laatst aan muggen blootgesteld was, worden gegeven. Indien een dosis gemist wordt en de tussenperiode van een maand overschreden wordt, zal onmiddellijke toediening van het product en hervatten van de maandelijkse dosering de kans op de ontwikkeling van volwassen hartwormen minimaliseren. De eerste dosis van het product moet, wanneer een ander product in een programma ter voorkoming van hartwormziekte vervangen wordt, binnen een maand na de laatste dosis van het vorige medicament gegeven worden. Behandeling van spoelworminfecties (katten en honden) Een enkelvoudige dosis toedienen. Behandeling van bijtende luizen (katten en honden) Een enkelvoudige dosis toedienen. Behandeling van oormijtinfecties (katten) Een enkelvoudige dosis toedienen. Behandeling van oormijtinfecties (honden) Een enkelvoudige dosis van het product toedienen. Losse debris dient bij iedere behandeling voor-zichtig uit de uitwendige gehoorgang verwijderd te worden. Controle door de dierenarts 30 dagen na de behandeling wordt aanbevolen, omdat bij sommige dieren een tweede behandeling nodig kan zijn. Behandeling van haakworminfecties (katten) Een enkelvoudige dosis toedienen. Behandeling van sarcoptesschurft (honden) Voor de complete eliminatie van de mijten moet het product tweemaal worden toegediend met een interval van 1 maand.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Niet bewaren boven 30°C. Bewaar in de ongeopende folie op een droge plaats. Houdbaarheid in de onaangebroken originele staat: 3 jaar.
Samenstelling
Elke dosis (tube) van Stronghold bevat: 15 mg 6% w/v oplossing selamectine 15 mg; 30 mg 12% w/v oplossing selamectine 30 mg; 45 mg 6% w/v oplossing selamectine 45 mg; 60 mg 12% w/v oplossing selamectine 60 mg; 120 mg 12% w/v oplossing selamectine 120 mg; 240 mg 12% w/v oplossing selamectine 240 mg.
Farmacodynamische eigenschappen: Selamectine is een semi-synthetische verbinding uit de avermectine-klasse. Selamectine verlamt en/of doodt een grote verscheidenheid aan ongewervelde parasieten door interferentie met het chloridekanaal-geleidingsvermogen, wat de normale neurotransmissie verstoort. Dit onderdrukt de electrische activiteit van zenuwcellen in nematoden en van de spiercellen van geleedpotigen wat leidt tot hun verlamming en/of dood. Selamectine heeft een adulticide, ovicide en larvicide werking tegen vlooien. Het doorbreekt de levenscyclus van de vlo effectief door het doden van de volwassen vlooien (op het dier), het voorkómen van het uitkomen van de eitjes (zowel op het dier als in de omgeving) en het doden van de larven (in de omgeving). Door haar en huidschilfers van met selamectine behandelde dieren worden vlooieneitjes en larven die nog niet eerder aan selemectine waren blootgesteld gedood en op deze manier kan een in de omgeving aanwezige vlooienbesmetting bestreden worden in ruimtes waar het dier mag komen. De werkzaamheid is ook aangetoond tegen hartwormlarven.
Farmacokinetische eigenschappen: Na topicale toediening wordt selamectine vanuit de huid geabsorbeerd. De maximale plasmaconcentraties worden bij de kat na ongeveer 1 dag en bij de hond na ongeveer 3 dagen bereikt. Na absorptie vanuit de huid wordt selamectine systemisch gedistribueerd en wordt langzaam uit het plasma geëlimineerd zoals duidelijk is geworden uit detecteerbare plasmaconcentraties in honden en katten, 30 dagen na toediening van een eenmalige topicale dosis van 6 mg/kg. De verlengde aanwezigheid en langzame eliminatie van selamectine uit het plasma worden weerspiegeld in eliminatie-halfwaardetijden van 8 dagen voor de kat en 11 dagen voor de hond. De langdurige systemische aanwezigheid van selamectine in het plasma en de geringe metabolisering voorzien in effectieve concentraties van selamectine gedurende het doseringsinterval (30 dagen).
Bijwerkingen & waarschuwingen
Na gebruik van het product bij katten kan incidenteel een lichte, tijdelijke kaalheid op de plaats van toediening voorkomen. In een zeer klein deel van deze gevallen kan ook een voorbijgaande plaatselijke irritatie worden waargenomen. De kaalheid en irritatie verdwijnen normaal gesproken zonder behandeling, maar onder sommige omstandigheden kan symptomatische behandeling gewenst zijn. In zeldzame gevallen kan de toepassing van het product een tijdelijke lokale samenklitting van het haar op de plaats van toediening veroorzaken en/of het tijdelijk verschijnen van een kleine hoeveelheid wit poeder. Dit is normaal en zal binnen 24 uur verdwijnen. Het heeft geen invloed op de veiligheid of op de werkzaamheid van het product. In uitzonderlijke gevallen zijn, net als bij andere macrocyclische lactonen, na gebruik van het product reversibele neurologische symptomen, inclusief toevallen, waargenomen.
Dit product mag alleen op de huid worden aangebracht. Niet oraal of parenteraal toedienen. Breng het product niet aan als de vacht van het dier nat is. Vanaf 2 uur na de behandeling zal echter wassen of onderdompelen van de hond of kat de werkzaamheid van het product niet verminderen. Dieren kunnen vanaf 2 uur na behandeling gebaad worden zonder vermindering van de werkzaamheid. Voor de behandeling tegen oormijt: niet direct in het oorkanaal toedienen. Het is belangrijk de dosis toe te dienen zoals voorgeschreven om de hoeveelheid die het dier kan oplikken tot een minimum te beperken. Wanneer veel likken optreedt, kan een zelden voorkomende korte periode van hypersalivatie worden waargenomen bij katten. Het product is uiterst brandbaar: hitte, vonken, open vuur of andere bronnen van ontsteking vermijden. Tijdens het gebruik van het product mag men niet roken, eten of drinken. Na gebruik handen wassen en als het product met de huid in aanraking is gekomen, het onmiddellijk met water en zeep verwijderen. Mocht het per ongeluk in de ogen terechtkomen, dan de ogen onmiddellijk met water uitspoelen en een arts raadplegen. Houd behandelde dieren weg bij open vuur of andere ontstekingsbronnen voor een periode van tenminste 30 minuten of tot de vacht is opgedroogd. Vermijd contact met het behandelde dier totdat de plaats van toediening is opgedroogd. Houd kinderen weg van behandelde dieren voor een periode van tenminste 30 minuten of tot de vacht is opgedroogd. Mensen met een gevoelige huid of een bewezen allergie voor dit type middelen dienen het product met voorzichtigheid te hanteren.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Stronghold Plus spot-on pipet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van vlooien- en teken besmettingen bij de kat.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Stronghold Plus uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Stronghold Plus spot-on voor de kat.
#Bijsluiter informatie Stronghold plus spot-on kat#
Indicaties
Voor katten met, of die het risico lopen op, gemengde parasitaire infestaties door teken en vlooien, luizen, mijten, gastro-intestinale nematoden of hartworm. Het diergeneesmiddel is uitsluitend geïndiceerd wanneer tegelijkertijd toepassing tegen teken én een of meerdere van de andere doelparasieten aangewezen is.
Ectoparasieten:
Voor de behandeling en preventie van vlooieninfestaties (Ctenocephalides spp.). Het diergeneesmiddel heeft een onmiddellijke en aanhoudende vlo-dodende werking tegen nieuwe infestaties gedurende 5 weken. Het diergeneesmiddel doodt volwassen vlooien voordat ze eitjes leggen gedurende 5 weken. Door de ovicide en larvicide werking kan het diergeneesmiddel helpen bij de bestrijding van in de omgeving aanwezige vlooieninfestaties in ruimtes waar het dier mag komen.
Het diergeneesmiddel kan gebruikt worden als onderdeel van een behandelstrategie tegen vlooienallergiedermatitis (VAD).
Behandeling van tekeninfestaties. Het diergeneesmiddel heeft een onmiddellijke en aanhoudende acaricide werking gedurende 5 weken tegen Ixodes ricinus en Ixodes hexagonus en 4 weken tegen Dermacentor reticulatus en Rhipicephalus sanguineus.
Behandeling van oormijten (Otodectes cynotis).
Behandeling van infestaties met bijtende luizen (Felicola subrostratus).
Teken moeten aanhechten aan de gastheer en beginnen met voeden om aan sarolaner te worden blootgesteld.
Nematoden:
Behandeling van volwassen rondwormen (Toxocara cati) en volwassen intestinale haakwormen (Ancylostoma tubaeforme).
Preventie van hartwormziekte veroorzaakt door Dirofilaria immitis indien maandelijks toegediend.
Geschikt voor
Kat.
Niet geschikt voor
Niet gebruiken bij zieke katten of katten die verzwakt zijn en ondergewicht hebben (voor grootte en leeftijd). Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen.
Toediening & dosering
Spot-on gebruik.
Stronghold Plus dient als een enkelvoudige spot-on (topicaal) dosis te worden toegediend, in overeenstemming met onderstaande tabel (overeenkomend met een minimum dosering van 6 mg/kg selamectine en 1 mg/kg sarolaner).
Sterkte en aantal toe te dienen pipetten
Lichaamsgewicht van de kat (kg)
Pipet inhoud (ml)
Stronghold Plus 15 mg/2,5 mg (gele dop)
Stronghold Plus 30 mg/5 mg (oranje dop)
Stronghold Plus 60 mg/10 mg (groene dop)
≤ 2,5
0,25
1
-
-
> 2,5 - 5
0,5
-
1
-
> 5 - 10
1
-
-
1
> 10
Juiste combinatie van pipetten
Behandelschema
Vlooien en teken: Voor optimale controle van teken- en vlooieninfestaties dient het diergeneesmiddel gedurende het vlooien- en/of tekenseizoen continu met maandelijkse intervallen te worden toegediend, gebaseerd op de lokale epidemiologische situatie.Na toediening van het diergeneesmiddel worden de volwassen vlooien op het dier binnen 24 uur gedood, worden er geen levensvatbare eitjes geproduceerd, en larven (die alleen aanwezig zijn in de omgeving) worden eveneens gedood. Dit maakt een einde aan de vermenigvuldiging van de vlooien, doorbreekt de levenscyclus van de vlo en kan helpen bij de bestrijding van in de omgeving aanwezige vlooieninfestaties in ruimtes waar het dier mag komen.
Preventie van hartwormziekte: Het diergeneesmiddel kan het hele jaar door toegediend worden of ten minste binnen een maand nadat het dier voor het eerst aan muggen is blootgesteld en daarna iedere maand tot het einde van het muggenseizoen. De laatste dosis dient gegeven te worden binnen een maand na de laatste blootstelling aan muggen. Indien een dosis gemist wordt en de tussenperiode van een maand overschreden wordt zal onmiddellijke toediening van het diergeneesmiddel en hervatting van de maandelijkse dosering de kans op de ontwikkeling van volwassen hartwormen minimaliseren. De eerste dosis van het diergeneesmiddel moet, wanneer het een ander diergeneesmiddel in een programma ter voorkoming van hartwormziekte vervangt, binnen een maand na de laatste dosis van het vorige diergeneesmiddel gegeven worden.
Behandeling van rondworm- en haakworminfecties: Een enkelvoudige dosis van het diergeneesmiddel dient te worden toegediend. De noodzaak voor en frequentie van herbehandeling dient overeen te komen met het advies van de voorschrijvende dierenarts.
Behandeling van bijtende luizen: Een enkelvoudige dosis van het diergeneesmiddel dient te worden toegediend.
Behandeling van oormijten: Een enkelvoudige dosis van het diergeneesmiddel dient te worden toegediend. Controle door de dierenarts 30 dagen na behandeling wordt aanbevolen om te bepalen of een tweede toediening nodig is.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Bewaren beneden 30 °C. De pipet tot aan gebruik niet uit de blister verwijderen.
Samenstelling
Elke pipet van 0,25 ml bevat 15 mg selamectine en 2,5 mg sarolaner.
Selamectine is een semi-synthetische verbinding uit de avermectine klasse. Selamectine verlamt en/of doodt een grote verscheidenheid aan ongewervelde parasieten door interferentie met het chloridekanaal-geleidingsvermogen, wat de normale neurotransmissie verstoort. Dit onderdrukt de elektrische activiteit van zenuwcellen in nematoden en van spiercellen van geleedpotigen, wat leidt tot hun verlamming en/of dood.Selamectine heeft een adulticide, ovicide en larvicide werking tegen vlooien. Het doorbreekt de levenscyclus van de vlo effectief door het doden van de volwassen vlooien (op het dier), het voorkómen van het uitkomen van de eitjes (zowel op het dier als in zijn omgeving) en het doden van de larven (enkel in de omgeving). Debris van met selamectine behandelde dieren doodt vlooieneitjes en larven die nog niet eerder aan selamectine waren blootgesteld en kan zo helpen bij de bestrijding van in de omgeving aanwezige vlooieninfestaties in ruimtes waar het dier mag komen. Selamectine is werkzaam tegen zowel volwassen vlooien (Ctenocephalides spp.) als mijten (Otodectes cynotis), luizen (Felicola subrostratus) en gastro-intestinale nematoden (Toxocara cati, Ancylostoma tubaeforme). Werkzaamheid is ook aangetoond tegen hartworm (D. immitis) larven.Tegen vlooien vangt de werkzaamheid binnen 24 uur aan na toediening van het diergeneesmiddel, deze houdt 5 weken aan.Sarolaner is een acaricide en insecticide behorend tot de isoxazoline familie. Het primaire doel van sarolaner in insecten en acariden is functionele blokkade van ligandafhankelijke chloride kanalen (GABA-receptoren en glutamaat-receptoren). Sarolaner blokkeert GABA- en glutamaat-afhankelijke chloridekanalen in het centrale zenuwstelsel van insecten en acariden. Verstoring van deze receptoren door sarolaner verhindert de opname van chloride-ionen door GABA- en glutamaat-afhankelijke ionkanalen, resulterend in toegenomen zenuwstimulatie en dood van de doelparasiet. Sarolaner vertoont een hogere functionele potentie om receptoren van insecten/acariden te blokkeren in vergelijking met receptoren van zoogdieren.Sarolaner gaat geen interactie aan met bekende insecticide bindingsplaatsen van nicotinerge of andere GABAnerge insecticiden zoals neonicotinoiden, fiprolen, milbemycines, avermectines and cyclodienes. Sarolaner is werkzaam tegen zowel volwassen vlooien (Ctenocephalides spp.), als tegen diverse tekensoorten, zoals Dermacentor reticulatus, Ixodes hexagonus, Ixodes ricinus en Rhipicephalus sanguineus.
Na toediening vangt de werkzaamheid tegen teken (I. ricinus) aan binnen 24 uur na aanhechting, deze houdt een maand aan.
Farmacokinetische eigenschappen
Na spot-on toediening van Stronghold Plus worden zowel selamectine als sarolaner goed geabsorbeerd, met gemiddelde biologische beschikbaarheidswaarden van respectievelijk 40,5% en 57,9%, en systemisch gedistribueerd. Bij katten zijn selamectine en sarolaner verbindingen met een lage klaring met lange halfwaardetijd, respectievelijk 12,5 dagen en 41,5 dagen na spot-on toediening.Bij katten is de primaire eliminatieroute van selamectine via de faeces en het grootste gedeelte is moederverbinding.Identificatie van selamectine metabolieten in de faeces toonde dat metabolieten klaring eveneens bijdraagt aan de eliminatie. De primaire eliminatieroute van sarolaner is eliminatie met de gal van ‘moeder’ sarolaner, met bijdragen door metabole klaring.
Bijwerkingen & waarschuwingen
Gebruik van het diergeneesmiddel kan resulteren in een milde en voorbijgaande pruritus op de plaats van toediening. Milde tot matige alopecia op de plaats van toediening, erytheem en kwijlen zijn soms waargenomen.
Gebruik van dit diergeneesmiddel is geïndiceerd in katten van ten minste 8 weken oud met een lichaamsgewicht van minimaal 1,25 kg.
Teken moeten begonnen zijn met voeden op de gastheer om blootgesteld te worden aan sarolaner; de overdracht van teekgebonden infectieziekten kan daarom niet worden uitgesloten.
Houd behandelde dieren weg bij open vuur en andere ontstekingsbronnen gedurende ten minste 30 minuten of totdat de vacht droog is.
In overeenstemming met “good veterinary practice”, wordt aanbevolen alle dieren van 6 maanden of ouder, wonend in landen waar een vector aanwezig is, te testen op bestaande volwassen hartworminfectie voordat begonnen wordt met preventief gebruik van het diergeneesmiddel.
Dit diergeneesmiddel is niet werkzaam tegen volwassen D. immitis. De toediening aan dieren met volwassen hartworminfectie leidde niet tot bezorgdheid over de veiligheid.
Hoewel niet routinematig geïndiceerd, dienen in individuele gevallen de potentiële voordelen van het uitvoeren van periodieke testen voor hartworminfectie overwogen te worden door de behandelend dierenarts.
Het diergeneesmiddel is schadelijk na ingestie. Bewaar het diergeneesmiddel tot aan het gebruik in het originele doosje, om te voorkomen dat kinderen directe toegang tot het diergeneesmiddel krijgen. Gebruikte pipetten dienen onmiddellijk te worden weggegooid. In geval van accidentele ingestie dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.
Het diergeneesmiddel kan oogirritatie veroorzaken. Vermijd contact met de ogen alsook hand-oogcontact. Vermijd direct contact met behandelde dieren tot de plaats van toediening droog is. Na gebruik handen wassen en als het diergeneesmiddel met de huid in aanraking is gekomen, het onmiddellijk met water en zeep verwijderen. Mocht het per ongeluk in de ogen terechtkomen, dan de ogen onmiddellijk met water uitspoelen en een arts raadplegen. Mensen met een gevoelige huid of bekende allergie voor dit type diergeneesmiddelen dienen het diergeneesmiddel met voorzichtigheid te hanteren.
Kinderen mogen niet met behandelde katten spelen tot 4 uur na behandeling. Het wordt aangeraden om dieren in de avond te behandelen. Op de dag van de behandeling, mogen behandelde dieren niet in hetzelfde bed slapen als hun eigenaar, zeker niet bij kinderen.
Het diergeneesmiddel is uiterst brandbaar. Vermijd hitte, vonken, open vuur of andere bronnen van ontsteking.
De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens de dracht en lactatie of bij fokdieren. Echter, selamectine wordt beschouwd als veilig voor gebruik bij fok-, drachtige en lacterende katten. Hoewel de veiligheid van sarolaner niet bepaald is bij fok-, drachtige of lacterende katten, zijn uit laboratorium studies met sarolaner bij ratten en konijnen geen gegevens naar voren gekomen die wijzen op teratogene effecten. Uitsluitend gebruiken overeenkomstig de baten/risicobeoordeling door de behandelend dierenarts.
Tijdens klinische veldproeven werden geen interacties waargenomen tussen dit diergeneesmiddel en routinematig gebruikte diergeneesmiddelen.
Geen klinisch significante bijwerkingen werden waargenomen bij kittens vanaf een leeftijd van 8 weken, behandeld met tot 5 maal de maximaal aanbevolen dosering van het diergeneesmiddel, tot aan 8 opeenvolgende behandelingen met een interval van 28 dagen, afgezien van een enkele kat, die 5 maal de maximale dosis kreeg toegediend, die een voorbijgaande overgevoeligheid voor aanraking, pilo-erectie, mydriasis en milde tremor vertoonde. Dit verdween zonder behandeling.
Na accidentele ingestie van een volledige dosis van het diergeneesmiddel kunnen voorbijgaande gastro-intestinale effecten zoals speekselen, zachte ontlasting, braken en verminderde voedselinname optreden, deze dienen echter zonder behandeling over te gaan.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Nexgard Spectra kauwtablet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van vlooien- en tekeninfestaties bij honden, wanneer gelijktijdige preventie van hartwormziekte en/of behandeling van infestaties met gastro-intestinale nematoden geïndiceerd is.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Nexgard Spectra uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Nexgard Spectra kauwtablet voor de hond.
#Bijsluiter informatie Nexgard Spectra kauwtablet hond#
Indicaties
Voor de behandeling van vlooien- en tekeninfestaties bij honden, wanneer gelijktijdige preventie van hartwormziekte en/of behandeling van infestaties met gastro-intestinale nematoden is geïndiceerd.
Behandeling van vlooieninfestaties (Ctenocephalides felis en C. canis) bij honden gedurende 5 weken.
Behandeling van tekeninfestaties (Dermacentor reticulatus, Ixodes ricinus, Rhipicephalus sanguineus) bij honden gedurende 4 weken.
Vlooien en teken moeten hechten aan de gastheer en zich voeden om te worden blootgesteld aan de werkzame stof.
Behandeling van infestaties met volwassen gastro-intestinale nematoden van de volgende soorten: rondwormen (Toxocara canis en Toxocara leonina), haakwormen (Ancylostoma caninum en Ancylostoma braziliense) en zweepworm (Trichuris vulpis).
Preventie van hartwormziekte (Dirofilaria immitis larven) bij maandelijkse toediening.
Geschikt voor
Hond.
Niet geschikt voor
Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen.In afwezigheid van beschikbare gegevens dient de behandeling van puppy’s jonger dan 8 weken en/of van honden die minder dan 2 kg wegen gebaseerd te zijn op een baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.
Toediening & dosering
Voor oraal gebruik.Dosering:Het diergeneesmiddel dient te worden toegediend in een dosering van 2,50–5,36 mg/kg afoxolaner en 0,50-1,07 mg/kg milbemycine oxime, in overeenstemming met de volgende tabel:
Lichaamsgewicht (kg)van hond
Toe te dienen sterkte en aantal kauwtabletten
Nexgard Spectra9 mg/2 mg
Nexgard Spectra19 mg/4 mg
Nexgard Spectra38 mg/8 mg
Nexgard Spectra75 mg/15 mg
Nexgard Spectra150 mg/30 mg
2–3,5
1
> 3,5–7,5
1
> 7,5–15
1
> 15–30
1
> 30–60
1
Gebruik een geschikte combinatie van kauwtabletten voor honden boven 60 kg.Methode van toediening:De tabletten zijn kauwbaar en smakelijk voor de meeste honden. Indien de hond de tabletten niet direct accepteert, kunnen ze worden toegediend met voedsel.Behandelschema:Het behandelschema dient gebaseerd te zijn op veterinaire diagnose en op de lokale epidemiologische situatie.Nexgard Spectra kan worden gebruikt als onderdeel van de seizoensgebonden behandeling van vlooien en teken (de behandeling met een monovalent vlooien- en tekenproduct vervangend) bij honden met een gediagnosticeerde gelijktijdige infestatie met gastro-intestinale nematoden. Een enkele behandeling is effectief voor de behandeling van gastro-intestinale nematoden.Na behandeling van de infestatie met nematoden, dient verdere vlooien- en tekenbehandeling te worden voortgezet met een monovalent product.Hartwormziekte:Nexgard Spectra doodt Dirofilaria immitis larven tot één maand na hun transmissie door muggen. Derhalve dient het product toegediend te worden met regelmatige maandelijkse intervallen, gedurende de tijd van het jaar waarin vectoren aanwezig zijn, startend in de maand na de eerste blootstelling aan muggen. De behandeling moet worden voortgezet tot 1 maand na de laatste blootstelling aan muggen. Om een routine in de behandeling te brengen wordt het aanbevolen om elke maand dezelfde dag of datum te gebruiken. Wanneer een ander preventief hartwormmiddel wordt vervangen in een hartwormpreventieprogramma dient de eerste behandeling met Nexgard Spectra te beginnen op de datum waarop de vorige medicatie toegediend had moeten worden.Honden die leven in gebieden endemisch voor hartworm, of die gereisd hebben naar endemische gebieden, kunnen geïnfesteerd zijn met volwassen hartwormen. Er is geen therapeutisch effect tegen volwassen Dirofilaria immitis vastgesteld. Het wordt daarom aanbevolen dat alle honden van 8 maanden of ouder, die in endemische gebieden voor hartworm leven, getest worden op een bestaande volwassen hartworminfestatie, alvorens behandeld te worden met het product voor hartwormpreventie.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in onaangebroken originele staat: 2 jaar.Bewaar de blister in het doosje, ter bescherming tegen licht.
Samenstelling
Elke kauwtablet bevat:Werkzame bestanddelen:
Nexgard Spectra
Afoxolaner (mg)
Milbemycine oxime (mg)
kauwtabletten voor honden 2-3,5 kg
9,375
1,875
kauwtabletten voor honden > 3,5-7,5 kg
18,75
3,75
kauwtabletten voor honden > 7,5-15 kg
37,50
7,50
kauwtabletten voor honden > 15-30 kg
75,00
15,00
kauwtabletten voor honden > 30-60 kg
150,00
30,00
Bijwerkingen & waarschuwingen
In klinische studies werden geen ernstige bijwerkingen toegeschreven aan de combinatie van afoxolaner met milbemycine oxime. Bijwerkingen zoals braken, diarree, lethargie, anorexia en pruritus werden soms gezien. Deze gebeurtenissen waren over het algemeen zelflimiterend en van korte duur.De frequentie van bijwerkingen is gerangschikt aan de hand van de volgende indeling:- zeer vaak bij (meer dan 1 op de 10 dieren vertonen bijwerking(en) gedurende de duur van één behandeling)- vaak (1 tot 10 van de 100 dieren)- soms (1 tot 10 van de 1.000 dieren)- zelden (1 tot 10 van de 10.000 dieren)- zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 dieren, inclusief geïsoleerde rapporten).
Speciale waarschuwingen voor elke diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd isVlooien en teken moeten beginnen met zich te voeden om blootgesteld te worden aan afoxolaner, derhalve kan het risico op de overdracht van door vectoren overgedragen ziekten niet worden uitgesloten.Resistentie van parasieten tegen een bepaalde klasse van antiparasitica kan zich ontwikkelen na het frequent, herhaald gebruik van een product van die klasse. Daarom dient het gebruik van dit product gebaseerd te zijn op de beoordeling van elke individuele casus en op de lokale epidemiologische informatie over de huidige gevoeligheid van de doelsoorten, teneinde de mogelijkheid op een toekomstige selectie van resistentie te beperken.Behoud van de effectiviteit van macrocyclische lactonen is cruciaal voor de bestrijding van Dirofilaria immitis. Om het risico op selectie van resistentie zoveel mogelijk te beperken wordt het aanbevolen honden te controleren op zowel circulerende antigenen als microfilaria in het bloed aan het begin van elk seizoen van preventieve behandeling. Alleen negatieve dieren dienen te worden behandeld.Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dierenIn afwezigheid van beschikbare gegevens dient de behandeling van pups jonger dan 8 weken en van honden die minder dan 2 kg wegen gebaseerd te zijn op een baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.In endemische gebieden voor hartworm, dienen honden getest te worden op een bestaande hartworminfestatie, voorafgaand aan de toediening van NEXGARD SPECTRA. Geïnfesteerde honden dienen, naar het oordeel van de dierenarts, behandeld te worden met een adulticide om volwassen hartworm te verwijderen. NEXGARD SPECTRA is niet geïndiceerd voor klaring van microfilaria.De aanbevolen dosis moet strikt worden nageleefd in collies of verwante rassen.Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het geneesmiddel aan de dieren toedient- Dit product kan gastro-intestinale stoornissen veroorzaken indien ingeslikt.- Bewaar de tabletten in de blister, totdat ze nodig zijn en bewaar de blisters in het doosje.- In geval van accidentele ingestie, in het bijzonder bij kinderen, dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.- Handen wassen na gebruik.Gebruik tijdens dracht, lactatie of legUit laboratoriumonderzoek bij ratten en konijnen zijn geen gegevens naar voren gekomen die wijzen op teratogene effecten of op enige nadelige gevolgen op de reproductiecapaciteit van mannetjes of vrouwtjes.De veiligheid van dit diergeneesmiddel is niet vastgesteld tijdens dracht en lactatie of in fokhonden. Uitsluitend gebruiken overeenkomstig de baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactieMilbemycine oxime is een substraat voor P-glycoproteïne (P-gp) en kan daardoor interageren met andere P-gp substraten (bijvoorbeeld digoxine, doxorubicine) of ander macrocyclische lactonen. Daarom kan gelijktijdige toediening met andere P-gp substraten leiden tot verhoogde toxiciteit.Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota), indien noodzakelijkEr werden geen bijwerkingen gezien in gezonde puppy’s van acht weken na 6 behandelingen met tot 5 keer de maximale dosis.OnverenigbaarhedenNiet van toepassing.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Nexgard kauwtablet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van vlooien- en tekeninfestaties bij honden.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Nexgard uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Nexgard kauwtablet voor de hond.
#Bijsluiter informatie Nexgard kauwtablet hond#
Indicaties
Behandeling van vlooieninfestaties bij honden (Ctenocephalides felis en C. canis) gedurende minstens 5 weken.
Het product kan worden gebruikt als onderdeel van een programma ter bestrijding van door vlooien veroorzaakte allergische dermatitis (FAD).
Behandeling van tekeninfestaties bij honden (Dermacentor reticulatus, Ixodes ricinus, Rhipicephalus sanguineus).
Eén behandeling doodt teken tot maximaal één maand.
Vlooien en teken moeten hechten aan de gastheer en zich voeden om te worden blootgesteld aan de werkzame stof.
Geschikt voor
Hond.
Niet geschikt voor
Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen.In afwezigheid van beschikbare gegevens dient de behandeling van puppy’s jonger dan 8 weken en/of van honden die minder dan 2 kg wegen gebaseerd te zijn op een baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.
Toediening & dosering
Voor orale toediening.Dosering:Het product dient te worden toegediend in een dosering van 2,7–6,9 mg/kg lichaamsgewicht, in overeenstemming met de volgende tabel:
Lichaamsgewichtvan hond (kg)
Toe te dienen sterkte en aantal kauwtabletten
NexGard 11 mg
NexGard 28 mg
NexGard 68 mg
Nexgard 136 mg
2–4
1
>4–10
1
>10–25
1
>25–50
1
Gebruik een geschikte combinatie van kauwtabletten van verschillende/dezelfde sterkte voor honden boven 50 kg lichaamsgewicht. De tabletten mogen niet worden gedeeld.
Methode van toediening:De tabletten zijn kauwbaar en smakelijk voor de meeste honden. Indien de hond de tabletten niet direct accepteert, kunnen ze worden toegediend met voedsel.Behandelschema:Maandelijkse intervallen gedurende het vlooien- en/of tekenseizoen, gebaseerd op lokale epidemiologische situaties.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in onaangebroken originele staat: 30 maanden.Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren:Geen speciale voorzorgen voor de bewaring van dit diergeneesmiddel.
Samenstelling
Werkzaam bestanddeel.Elke kauwtablet bevat:
NexGard
Afoxolaner (mg)
kauwtabletten voor honden 2-4 kg
11,3
kauwtabletten voor honden >4-10 kg
28,3
kauwtabletten voor honden >10-25 kg
68,0
kauwtabletten voor honden >25-50 kg
136,0
Farmacodynamische eigenschappenAfoxolaner is een insecticide en acaricide behorende tot de isoxazoline familie. Afoxolaner werkt op ligand-gemedieerde chloridekanalen, in het bijzonder deze die worden gemedieerd door de neurotransmitter gamma-aminoboterzuur (GABA), waardoor de pre- en postsynaptische transfer van chloride ionen door de celmembranen wordt geblokkeerd. Dit leidt tot een ongecontroleerde activiteit van het centrale zenuwstelsel, waardoor insecten of spinachtigen worden gedood. De selectieve toxiciteit van afoxolaner tussen insecten/spinachtigen en zoogdieren kan worden afgeleid uit de differentiële gevoeligheid van de insect/spinachtige GABA receptoren versus zoogdier-receptoren.Afoxolaner is actief tegen volwassen vlooien, evenals tegen verschillende tekensoorten zoals Dermacentor reticulatus en D. variabilis, Ixodes ricinus en I. scapularis, Rhipicephalus sanguineus, Amblyomma americanum, en Haemaphysalis longicornis.Het product doodt vlooien vóór eiproductie en voorkomt daardoor besmetting van de leefruimte.
Farmacokinetische eigenschappenNa orale toediening aan honden werd aangetoond dat afoxolaner een hoge systemische absorptie heeft na toediening. De absolute biobeschikbaarheid was 74%. De gemiddelde maximum concentratie (Cmax) was 1,655 ± 332 ng/ml in plasma, 2–4 uur (Tmax) na een dosis van 2,5 mg/kg afoxolaner.Afoxolaner distribueert naar weefsels met een verdelingsvolume van 2,6± 0,6 l/kg en heeft een systemische klaringswaarde van 5,0 ± 1,2 ml/hr/kg. De eind plasmahalfwaardetijd is ongeveer 2 weken in honden; echter, de halfwaardetijd van afoxolaner kan verschillen tussen rassen (bijv. t½ in Collies bij 25 mg/kg lichaamsgewicht is tot 47,7 dagen).Afoxolaner wordt in de hond gemetaboliseerd tot meer hydrofiele verbindingen en vervolgens geëlimineerd. De metabolieten en het ouderproduct worden geëlimineerd uit het lichaam via urine- en galexcretie, waarvan de meerderheid wordt geëlimineerd in de gal. Er is geen bewijs waargenomen van een enterohepatische kringloop.
Bijwerkingen & waarschuwingen
Milde gastro-intestinale symptomen (braken, diarree), pruritus, lethargie, of anorexie kunnen in zeer zeldzame gevallen worden waargenomen. Deze voorvallen zijn over het algemeen zelflimiterend en van korte duur.Alle bijwerkingen dienen te zijn gerangschikt op “frequentie” aan de hand van de volgende indeling:
- zeer vaak bij (meer dan 1 op de 10 dieren vertonen bijwerking(en) gedurende de duur van één behandeling)- vaak (1 tot 10 van de 100 dieren)- soms (1 tot 10 van de 1.000 dieren)- zelden (1 tot 10 van de 10.000 dieren)- zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Speciale waarschuwingen voor elke diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is:Parasieten moeten beginnen met zich te voeden om blootgesteld te worden aan afoxolaner, derhalve kan het risico op de overdracht van door parasieten overgedragen ziekten niet worden uitgesloten.Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:In afwezigheid van beschikbare gegevens dient de behandeling van puppy’s jonger dan 8 weken en/of van honden die minder dan 2 kg wegen gebaseerd te zijn op een baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het geneesmiddel aan de dieren toedientOm te voorkomen dat kinderen toegang krijgen tot het diergeneesmiddel, slechts één kauwtablet per keer uit de blister verwijderen. Stop de blister met de overgebleven kauwtabletten terug in de kartonnen doos.Handen wassen na gebruik van het product.Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg:Uit laboratoriumonderzoek bij ratten en konijnen zijn geen gegevens naar voren gekomen die wijzen op teratogene effecten of enige nadelige gevolgen op de reproductiecapaciteit van mannetjes of vrouwtjes.De veiligheid van dit diergeneesmiddel is niet vastgesteld tijdens dracht en lactatie of in fokhonden. Uitsluitend gebruiken overeenkomstig de baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:Geen, voor zover bekend.Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota), indien noodzakelijk:Er werden geen bijwerkingen gezien in gezonde Beagle puppy’s ouder dan 8 weken, na behandeling met 5 keer de maximale dosis, 6 keer herhaald met een interval van twee tot vier weken. Onverenigbaarheden:Niet van toepassing.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Credelio kauwtablet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van vlooien- en tekeninfestaties bij katten.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Credelio uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Credelio kauwtablet voor de kat.
#Bijsluiter informatie Credelio kauwtablet kat#
Indicaties
Voor de behandeling van vlooien- en tekeninfestaties bij katten.
Dit diergeneesmiddel heeft een onmiddellijke en aanhoudende dodende werking gedurende 1 maand voor vlooien (Ctenocephalides felis en C. canis) en teken (Rhipicephalus sanguineus, Ixodes ricinus, I. hexagonus en Dermacentor reticulatus).
Vlooien en teken moeten aanhechten aan de gastheer en beginnen met voeden om blootgesteld te worden aan het werkzame bestanddeel.
Het diergeneesmiddel kan gebruikt worden als onderdeel van een behandelingsstrategie tegen vlooienallergiedermatitis (FAD).
Geschikt voor
Kat.
Niet geschikt voor
Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen.Niet aanbevolen voor de behandeling van teken bij kittens van 5 maanden oud of jonger.
Toediening & dosering
Voor oraal gebruik.
Het gearomatiseerde diergeneesmiddel dient te worden toegediend volgens onderstaande tabel om een enkele dosering van 6–24 mg lotilaner/kg lichaamsgewicht te garanderen.
Lichaamsgewicht van de kat (kg)
Tabletsterkte en aantal tabletten dat moet worden toegediend
Credelio 12 mg
Credelio 48 mg
0.5 - 2.0
1
>2.0 - 8.0
1
>8.0
juiste combinatie van tabletten
Gebruik bij katten met een lichaamsgewicht van meer dan 8 kg een juiste combinatie van beschikbare sterkten om de aanbevolen dosering van 6-24 mg/kg te bereiken.Dien het diergeneesmiddel toe met voedsel of binnen 30 minuten na het voeren.Voor optimale controle over teken- en vlooieninfestaties dient het diergeneesmiddel maandelijks toegediend te worden gedurende het vlooien- en/of tekenseizoen op basis van lokale epidemiologische omstandigheden.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Dit diergeneesmiddel vereist geen speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren.Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in de originele onaangebroken staat: 2 jaar.
Samenstelling
Elke kauwtablet bevat:
Credelio kauwtabletten
lotilaner (mg)
voor katten (0.5-2.0 kg)
12
voor katten (>2.0-8.0 kg)
48
Lotilaner, een zuiver enantiomeer uit de klasse van de isoxazolines, is werkzaam tegen vlooien (Ctenocephalides felis en Ctenocephalides canis) en teken (Ixodes Ricinus).
Lotilaner is een krachtige remmer van gamma–aminoboterzuur (GABA)-afhankelijke chloridekanalen, resulterend in een snelle dood van teken en vlooien. In in vitro onderzoeken werd de werkzaamheid van lotilaner tegen sommige soorten geleedpotigen niet beïnvloed door resistentie tegen organochlorinen (cyclodiënen, bv. dieldrin), fenylpyrazolen (bv. fipronil), neonicotinoïden (bv. imidaclopride), formamidinen (bv. amitraz) en pyrethroïden (bv. cypermethrin).Voor vlooien is de aanvang van de werkzaamheid binnen 12 uur na aanhechting gedurende een periode van één maand na toediening van het diergeneesmiddel. Vlooien die vóór toediening op het dier aanwezig zijn worden binnen 8 uur gedood.Voor teken is de aanvang van de werkzaamheid binnen 24 uur na aanhechting gedurende een periode van één maand na toediening van het diergeneesmiddel. Bestaande teken die vóór toediening op het dier aanwezig zijn, worden binnen 18 uur gedood.Het diergeneesmiddel doodt bestaande en nieuwe vlooien op de kat voordat ze eitjes kunnen produceren. Het diergeneesmiddel doorbreekt dus de levenscyclus van de vlo en voorkomt vlooienbesmetting van de omgeving in ruimten waartoe de kat toegang heeft.
Farmacokinetische eigenschappen
Na orale toediening wordt lotilaner onmiddellijk geabsorbeerd en wordt de piekconcentratie in het bloed na 4 uur bereikt. Lotilaner is ongeveer 10 keer meer biobeschikbaar wanneer toegediend met voedsel. De eindhalfwaardetijd is ongeveer 4 weken (harmonisch gemiddelde). Deze eindhalfwaardetijd zorgt voor werkzame concentraties in het bloed voor de hele duur van het doseringsinterval.
De belangrijkste eliminatieroute is excretie via de gal, en de nieren zijn een minst belangrijke excretieroute (minder dan 10% van de dosis). Lotilaner wordt in geringe mate gemetaboliseerd naar meerdere hydrofiele verbindingen die in de faeces en de urine worden aangetroffen.
Bijwerkingen & waarschuwingen
Geen bijwerkingen bekend.
Parasieten moeten beginnen met voeden op de gastheer om blootgesteld te worden aan lotilaner; het risico op overdracht van door parasieten overgebrachte infectieziekten kan daarom niet volledig worden uitgesloten.
Als het diergeneesmiddel niet toegediend wordt met voedsel of binnen 30 minuten na het voeren, worden mogelijk geen acceptabele werkzaamheidsniveaus behaald.
Vanwege onvoldoende gegevens ter ondersteuning van de werkzaamheid tegen teken bij jonge katten, wordt dit diergeneesmiddel niet aanbevolen voor de behandeling van teken bij kittens van 5 maanden oud of jonger.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Comfortis kauwtablet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van een vlooien besmetting bij hond en kat.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Comfortis uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Comfortis kauwtablet voor hond en kat.
#Bijsluiter informatie Comfortis kauwtablet hond kat#
Indicaties
Honden en katten: behandeling en preventie van vlooienbesmetting (Ctenocephalides felis).
Het preventieve effect tegen nieuwe besmettingen is een resultaat van het doden van volwassen vlooien en de reductie van de productie van eitjes en blijft duren tot 4 weken na een eenmalige toepassing van het product.
Het diergeneesmiddel kan gebruikt worden als onderdeel van een behandelingsstrategie tegen vlooienallergie dermatitis (VAD).
Geschikt voor
Hond, kat.
Niet geschikt voor
Niet gebruiken bij honden of katten jonger dan 14 weken.
Toediening & dosering
Voor oraal gebruik. Het diergeneesmiddel dient met voedsel of onmiddellijk na de voeding te worden toegediend.HondenHet diergeneesmiddel moet in overeenstemming met de onderstaande tabel toegediend worden, om zeker te zijn van een dosis van 45 - 70 mg/kg lichaamsgewicht voor honden.
Lichaamsgewicht (kg), hond
Aantal tabletten en sterkte (mg spinosad
1,3 - 2,0
1x 90 mg tablet
2,1 - 3,0
1x 140 mg tablet
3,1- 3,8
1x 180 mg tablet
3,9 - 6,0
1x 270 mg tablet
6,1 - 9,4
1x 425 mg tablet
9,5 - 14,7
1x 665 mg tablet
14,8 - 23,1
1x 140 mg tablet
23,2 - 36,0
1x 1620 mg tablet
36,1 - 50,7
1x 1620 mg tablet + 1x 665 mg tablet
50,8 - 72,0
2x 1620 mg tablet
KattenHet diergeneesmiddel moet in overeenstemming met de onderstaande tabel toegediend worden, om zeker te zijn van een dosis van 50 - 75 mg/kg lichaamsgewicht.
Lichaamsgewicht (kg), kat
aantal tabletten en sterkte(mg spinosad)
1,2 - 1,8
1 x 90 mg tablet
1,9 - 2,8
1 x 140 mg tablet
2,9 - 3,6
1 x 180 mg tablet
3,7 - 5,4
1 x 270 mg tablet
5,5 - 8,5*
1 x 425 mg tablet
*Katten zwaarder dan 8,5 kg: geef de juiste combinatie van tablettenComfortis tabletten zijn kauwbaar en smakelijk voor honden. Als de hond of de kat de tabletten niet direct aanneemt, kunnen ze samen met het voedsel worden toegediend of direct, door de bek van het dier te openen en de tablet op de achterkant van de tong te plaatsen.Als binnen een uur na toediening braken optreeedt en de tablet zichtbaar is, opnieuw een volledige dosis geven, om maximale werkzaamheid van het product te garanderen.Als een dosis wordt overgeslagen, moet het diergeneesmiddel met de volgende portie voedsel worden toegediend en moet een nieuw maandelijks doseringsschema worden opgesteld.Het diergeneesmiddel kan veilig maandelijks in de aanbevolen dosis gegeven worden. De achterblijvende insectendodende eigenschappen van het product blijven aanwezig tot 4 weken na een eenmalige toediening. Als er weer vlooien verschijnen in de vierde week, kan bij honden het behandelingsinterval verkort worden met 3 dagen. Bij katten moet het volledige 4 weken durende interval tusssen de behandelingen worden aangehouden, zelfs als er voor het einde van de 4 weken opnieuw vlooien verschijnen.Raadpleeg een dierenarts voor informatie over de optimale tijd om te beginnen met de behandeling met dit product.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Bewaar de blister in het originele doosje. Houdbaarheid in onaangebroken originele staat: 3 jaar.
Samenstelling
Kauwtabletten.140 mg spinosad per tablet.De insectendodende werking van spinosad wordt gekenmerkt door prikkeling van de zenuwen die leidt tot spiercontracties en tremoren, uitputting, verlamming en snelle dood van de vlo. Het product begint met het doden van vlooien 30 minuten na toediening. 100% van de vlooien is dood/stervende binnen 4 uur na behandeling bij honden, en binnen 24 uur na behandeling bij katten. De insectendodende activiteit tegen nieuwe infecties gaat tot 4 weken door. De maximale concentraties in het bloed zijn hoger bij gevoede dan bij nuchtere honden en katten.
Bijwerkingen & waarschuwingen
HondenBij honden is een vaak waargenomen bijwerking braken, dat meestal in de eerste 48 uur na dosering optreedt en waarschijnlijk wordt veroorzaakt door een plaatselijk effect op de dunne darm. Op de dag van, of de dag na de toediening van spinosad met een dosis van 45 - 70 mg /kg lkichaamsgewicht, was het waargenomen optreden van braken bij het veldonderzoek 5,6%, 4,2% en 3,6% na respectievelijk de eerste, tweede en derde maandelijkse behandeling. Het waargenomen optreden van braken na de eerste en tweede behandeling was hoger (8%) bij honden met een dosis aan de bovenkant van de doseringsbreedte. In de meeste gevallen was braken van voorbijgaande aard, mild en vereiste geen symptomatische behandeling. Andere schadelijke reactie bij honden waren ongewoon of zelden voorkomend en omvatten sloomeid, anorexia, diarree, ataxie en epileptische aanvallen.KattenEen bijwerking die bij katten vaak wordt waargenomen is braken. Dit treedt binnen 48 uur na toediening op en wordt zeer waarschijnlijk veroorzaakt door een lokaal effect op de dunne darm. In het wereldwijde veldonderzoek was de waargenomen incidentie van braken op de dag van toediening van spinosad in een dosis van 50-75 mg/kg lichaamsgewicht, of op de dag daarna, 6% tot 11% in de eerste drie maanden van de behandeling. In de meeste gevallen was het braken van voorbijgaande aard, mild en vereiste het geen symptomatische behandeling. Andere vaak waargenomen bijwerkingen bij katten waren diarree en anorexia. Lethargie, verlies van conditie en overmatig speekselen traden soms op, en epileptische aanvallen waren zelden voorkomende bijwerkingen.
Speciale waarschuwingen voor elke diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is bestemdHet diergeneesmiddel moet toegediend worden met voedsel of onmiddellijk na de maaltijd. De duur van de werkzaamheid wordt mogelijk gereduceerd bij toediening op een lege maag.Alle honden en katten uit het huishouden moeten behandeld worden.Vlooien van huisdieren besmetten vaak de mand van het dier, het beddengoed en de door het dier gebruikte rustplaatsen zoals tapijten en zachte bekleding, die in geval van massale besmetting en aan het begin van de behandeling met een passend insecticide behandeld moeten worden en regelmatieg gestofzuigd moeten worden.Vlooien kunnen gedurende enige tijd nog steeds aanwezig zijn na toediening van het product doordat er volwassen vlooien uit de al aanwezige poppen ontstaan. Door geregelde maandelijkse behandelingen met Comfortis wordt de levenscyclus van de vlo onderbroken. Maandelijkse behandelingen kunnen nodig zijn om de vlooienpopulatie in besmette huishoudens onder controle te houden.Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dierenVoorzichtig gebruik bij honden en katten met reeds bestaande epilepsie.Bij honden die minder wegen dan 1,3 kg en katten die minder wegen dan 1,2 kg is nauwkeurige dosering niet mogelijk. Het gebruik van het product bij kleindere honden en kleinere katten wordt daarom niet aanbevolen.Het aanbevolen doseringsregime moet gevolgd worden en mag niet overschreden worden (zie paragraaf overdosering).Speciale voorzorgsmaateregelen te nemen door degene die het geneesmiddel aan dieren toedientAccidentele inname kan bijwerkingen veroorzaken.Kinderen mogen niet met het diergeneesmiddel in contact komen.In geval van accidentele inname , dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en hem de bijsluiter of het etiket worden getoond.Handen wassen na gebruik.Gebruik tijdens dracht, lactatie of legDracht: Uit laboratoriumonderzoeken (ratten en konijnen) zijn geen gegevens naar voren gekomen die wijzen op teratogene, foetotoxische of maternotoxische effecten.Bij drachtige honden (teven) werd de veiligheid van spinosad niet voldoende vastgesteld. De veiligheid van spinosad bij drachtige katten (poezen) is niet onderzocht.Lactatie: Bij honden wordt spinosad uitgescheiden in het colostrum en de melk van zogende teven en er wordt dan ook van uitgegaan dat spinosad wordt uitgescheiden in het colostrum en de melk van zogende poezen. Aangezien de veiligheid hiervan voor zogende pups en kittens niet voldoende is vastgesteld, dient het product alleen tijdens de dracht en het zogen te worden gebruikt na een baten/risicoanalyse door de verantwoordelijke dierenarts.
Vruchtbaarheid: Uit laboratoriumonderzoek bij ratten en konijnen zijn geen gegevens naar voren gekeomen die wijzen op enig effect op het reproductieve vermogen bij mannelijke en vrouwelijke dieren.De veiligheid van dit product bij mannelijke honden en mannelijke katten die voor het fokken gebruikt worden is niet vastgesteld.
Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactieVan spinosad is aangetoond dat het een substraat voor P-glycoprotëine (PgP) is. Spinosad zou daarom interactie kunnen vertonen met de andere PgP-substraten (bijvoorbeeld, digoxine, doxorubicine) en mogelijk schadelijke reacties verhogen van dergelijke molecules of de werkzaamheid verminderen.Rapporteringen na het op de markt brengen, die het gelijktijdige gebruik van Comfortis met zogenaamd 'off label' gebruik van hoge doses ivermectine vermelden, geven aan dat honden trillen/zenuwachtig bewegen, speekselen/kwijlen, toevallen, ataxie, abnormale pupilverwijding, blindheid en desoriëntatie lieten zien.OverdoseringEr is geen tegengif beschikbaar. In geval van klinische bijwerkingen dient het dier symptomatisch te worden behandeld.Honden: Van het voorkomen van braken op de dag van, of op de dag na, dosering is waargenomen dat het toeneemt bij overdosering. Braken wordt waaschijnlijk veroorzaakt door een lokaal effect op de dunne darm. Bij doses die de aanbevolen dosering overschrijden wordt braken een veel voorkomende gebeurtenis. Bij doses van ongeveer 2,5 keer de aanbevolen dosering veroorzaakte spinosad braken bij het overgrote deel van de honden. Bij doses tot 100 mg/kg lichaamsgewicht per dag gedurende 10 dagen, was het enige klinische symptoom van overdosering braken, dat plaatsvond gewoonlijk 2,5 uur na dosering. Lichte verhogingen van ALT (alanine amino transferase) kwamen voor bij honden die behandeld worden met Comfortis. De ALT-waarden waren op dag 24 echter weer gelijk aan hun uitgangswaarden.Katten: Na één enkele acute overdosis van 1,6 maal de maximale aanbevolen dosering, veroorzaakte spinosad bij ongeveer de helft van de katten braken, en in zeldzame gevallen malaise, hijgen/ijsberen en ernstige diarree. Bij doseringen van 75 tot 100 mg/kg lichaamsgewicht per dag gedurende 5 dagen, maandelijks toegediend gedurende een periode van zes maanden, was braken het meest voorkomende klinische symptoom. Daarnaast werd een vermindering van voedselopname waargenomen bij vrouwelijke dieren, maar er werd geen significante vermindering in hun lichaamsgewicht waargenomen. Fosfolipidose (vacuolisatie van de cellen van de lever, bijnieren en longen) kwam ook voor. Ook werd er diffuse hepatocellulaire hypertrofie opgemerkt bij zowel mannelijke als vrouwelijke dieren, en deze bevinding kwam overeen met een hoger gepoold gemiddeld gewicht van de lever. Er waren in de klinische waarnemingen en de klinisch-chemische parameters echter geen aanwijzingen voor verlies van orgaanfunctie.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Broadline spot-on pipet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van katten met gemengde infestaties met cestoden, nematoden en ectoparasieten.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Broadline uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Broadline spot-on voor de kat.
#Bijsluiter informatie Broadline spot-on kat#
Indicaties
Voor katten met, of met risico op, gemengde infestaties met cestoden, nematoden en ectoparasieten. Het diergeneesmiddel is uitsluitend geïndiceerd wanneer alle drie de groepen op hetzelfde moment het doelwit zijn.
Ectoparasieten
Behandeling en preventie van infestaties met vlooien (Ctenocephalides felis). Eliminatie van vlooien binnen 24 uur. Eén behandeling voorkomt verdere infestaties gedurende minstens één maand.
Preventie van vlooienbesmetting vanuit de omgeving door inhibitie van de ontwikkeling van onvolwassen vlooienstadia (eieren, larven en poppen) gedurende meer dan een maand.
Het product kan worden gebruikt als onderdeel van een programma ter bestrijding van door vlooien veroorzaakte allergische dermatitis (FAD).
Behandeling en preventie van infestaties met teken (Ixodes ricinus). Eliminatie van teken binnen 48 uur. Eén behandeling voorkomt verdere infestaties tot 3 weken.
Behandeling van notoedrische schurft (Notoedres cati).
Cestoden
Behandeling van infestaties met lintwormen (Dipylidium caninum, Taenia taeniaeformis, Echinococcus multilocularis).
Nematoden
Behandeling van infestaties met gastro-intestinale nematoden (L3, L4 larven en volwassen stadia van Toxocara cati, L4 larven en volwassen stadia van Ancylostoma tubaeforme en volwassen stadia van Toxascaris leonina en Ancylostoma brazilienze).
Behandeling van infestaties met feline longworm (L3 larven, L4 larven en volwassen Aelurostrongylus abstrusus).
Behandeling van infestaties met blaaswormen (Capillaria plica).
Preventie van hartwormziekte (Dirofilaria immitis larven) gedurende één maand.
Geschikt voor
Kat.
Niet geschikt voor
Niet gebruiken bij zieke of herstellende dieren.Niet gebruiken bij konijnen.Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor de werkzame bestanddelen of één van de hulpstoffen.
Toediening & dosering
Spot-on toediening
Het gebruik van het diergeneesmiddel dient uitsluitend gebaseerd te zijn op bevestigde, gemengde infestaties of significant risico op een dergelijke gemengde infestatie met ectoparasieten en nematoden (inclusief hartwormziektepreventie) en wanneer gelijktijdige behandeling tegen cestoden geïndiceerd is. In de afwezigheid van het risico op co-infestaties dient het gebruik van een smal spectrum parasiticide overwogen te worden als eerstelijns therapie.De reden van voorschrijven dient te worden afgestemd op de individuele behoefte van de kat, gebaseerd op de klinische beoordeling, de leefwijze van het dier en de lokale epidemiologische situatie (inclusief, waar relevant, zoönotische risico’s), ten einde uitsluitend de situatie van gemengde infestaties/risico op infestaties aan te pakken.Behandeling dient niet geëxtrapoleerd te worden van het ene dier naar het andere zonder veterinaire opinie.Dosering:De aanbevolen minimale doses zijn 10 mg/kg lichaamsgewicht voor fipronil, 12 mg/kg voor (S)-methopreen, 0,5 mg/kg voor eprinomectine en 10 mg/kg voor praziquantel.Selecteer de juiste applicatormaat voor het gewicht van de kat.
Gewicht kat
Volume per eenheidsdosis (ml)
Fipronil (mg)
S-methopreen (mg)
Eprinomectine (mg)
Praziquantel (mg)
< 2,5 kg
0.3
25
30
1.2
25
2,5-7,5 kg
0.9
75
90
3.6
75
> 7,5 kg
Geschikte combinatie van applicatoren
Methode van toediening:Gebruik een schaar om de blister open te knippen langs de stippellijn, trek vervolgens de afdekking weg.Haal de applicator uit de folie en houd hem rechtop. Trek de zuiger iets terug, draai en verwijder de dop. Spreid het haar in het midden van de nek, tussen de basis van de schedel en de schouderbladen, tot de huid zichtbaar is. Plaats de punt van de applicator op de huid en breng de hele inhoud direct op de huid op één plaats aan.Preventie van hartwormziekte (Dirofilaria immitis larven) moet starten binnen 1 maand na de eerste verwachte blootstelling aan muggen.Bij behandeling tegen Aelurostrongylus abstrusus kan een tweede toediening, een maand na de initiële behandeling, worden aanbevolen.
Methode van toediening:Gebruik een schaar om de blister open te knippen langs de stippellijn, trek vervolgens de afdekking weg.Haal de applicator uit de blister en houd hem rechtop. Trek de zuiger iets terug, draai en verwijder de dop. Spreid het haar in het midden van de nek, tussen de basis van de schedel en de schouderbladen, tot de huid zichtbaar is. Plaats de punt van de applicator op de huid en breng de hele inhoud direct op de huid op één plaats aan.
Preventie van hartwormziekte (Dirofilaria immitis larven) moet starten binnen 1 maand na de eerste verwachte blootstelling aan muggen.Bij behandeling tegen Aelurostrongylus abstrusus kan een tweede toediening, een maand na de initiële behandeling, worden aanbevolen.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Houdbaarheidstermijn:Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in originele onaangebroken staat: 2 jaar.Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren:Bewaren in onaangebroken originele staat ter bescherming tegen licht.Opgeslagen applicatoren moeten in een intacte blister worden bewaard.Geopende applicatoren dienen onmiddellijk te worden weggegooid.
Samenstelling
Werkzame bestanddelen. Elke eenheidsdosis applicator levert:
Broadlinespot-on oplossing
Volume per eenheidsdosis(ml)
Fipronil(mg)
S-methopreen(mg)
Eprinomectine(mg)
Praziquantel(mg)
Katten < 2,5 kg
0.3
24.9
30.0
1.20
24.9
Katten 2,5–7,5 kg
0.9
74.7
90.0
3.60
74.7
Bijwerkingen & waarschuwingen
Een tijdelijke geklitte of stekelige vacht kan gezien worden op de toedieningsplaats na behandeling.Milde en voorbijgaande huidreacties (jeuk, haarverlies) kunnen voorkomen op de toedieningsplaats.Indien de kat aan de toedieningsplaats likt na behandeling, kan tijdelijk overmatig speekselen worden opgemerkt. Orale opname van het diergeneesmiddel kan ook resulteren in braken en/of voorbijgaande neurologische verschijnselen zoals ataxie, desoriëntatie, apathie en pupildilatatie.Al deze verschijnselen verdwijnen spontaan binnen 24 uur. Een correcte toediening zal het optreden van dergelijke gebeurtenissen minimaliseren.
Speciale waarschuwingen voor elke diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is:Speciale aandacht dient besteed te worden wanneer het diergeneesmiddel wordt toegediend bij langharige rassen, om ervoor te zorgen dat het direct op de huid wordt toegediend en niet op het haar, aangezien dit kan leiden tot een lagere biobeschikbaarheid van de werkzame bestanddelen en dus tot een gereduceerde effectiviteit.Het is belangrijk het diergeneesmiddel toe te dienen op een huidgebied waar de kat het er niet af kan likken. Vermijd dat dieren elkaar likken na de behandeling.Er zijn geen gegevens beschikbaar over het effect van baden of wassen op de werkzaamheid van het diergeneesmiddel bij katten. Echter, kort contact van het dier met water bij één of twee gelegenheden binnen een maand na toediening geeft waarschijnlijk geen significante reductie van de effectiviteit. Uit voorzorg wordt het niet aanbevolen om dieren te baden binnen 2 dagen na topicale behandeling,Na behandeling met BROADLINE worden teken doorgaans gedood binnen 48 uur na infestatie zonder een bloedmaaltijd te hebben. Echter, omdat de aanhechting van een enkele teek na behandeling niet kan worden uitgesloten, kan de overdracht van infectieuze ziekten niet volledig worden uitgesloten.Lintworminfestaties kunnen opnieuw optreden, tenzij bestrijding van tussengastheren, zoals vlooien, muizen etc. plaatsvindt.Bij bepaalde individuele katten kan een infestatie met Notoedres cati ernstig zijn of gecompliceerd door bacteriële infecties. In deze ernstige gevallen kan een aanvullende behandeling noodzakelijk zijn.Bij bepaalde individuele katten kan een infestatie met Notoedres cati ernstig zijn of gecompliceerd door bacteriële infecties. In deze ernstige gevallen kan een aanvullende behandeling noodzakelijk zijn.
Parasitaire resistentie tegen een bepaalde klasse van antiparasitaire geneesmiddelen kan zich ontwikkelen na frequent gebruik van een substantie uit die klasse. Derhalve dient rekening gehouden te worden met de epidemiologische informatie over de huidige gevoeligheid van de doelsoorten, teneinde de mogelijkheid van een toekomstige selectie voor resistentie te verminderen.Katten in gebieden endemisch voor hartworm, of die gereisd hebben naar endemische gebieden, kunnen geïnfecteerd zijn met volwassen hartwormen. Hoewel het diergeneesmiddel veilig kan worden toegediend aan katten geïnfecteerd met volwassen hartworm, is er geen therapeutisch effect tegen volwassen Dirofilaria immitis vastgesteld. Het wordt daarom aanbevolen dat alle katten van 6 maanden of ouder, die in endemische gebieden voor hartworm leven, getest worden op een bestaande volwassen hartworminfestatie, alvorens behandeld te worden met het product voor hartwormpreventie.Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:Uitsluitend voor spot-on toediening. Niet injecteren, niet oraal of via enige andere route toedienen. Vermijd contact met de ogen van de kat.De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet getest bij intervallen van minder dan 2 weken of in kittens die minder dan 0,6 kg wegen en/of jonger zijn dan 7 weken.Het diergeneesmiddel is niet bedoeld voor gebruik bij honden. Sommige hondenrassen kunnen een verhoogde gevoeligheid hebben voor macrocyclische lactonen, wat potentieel kan leiden tot neurotoxische verschijnselen. Orale opname door Collies, Old English Sheepdogs en gerelateerde rassen of kruisingen dient daarom voorkomen te worden.Echinococcose vormt een gevaar voor mensen en is een aangifteplichtige ziekte bij de wereldorganisatie voor diergezondheid (OIE).Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het geneesmiddel aan de dieren toedientTijdens de toepassing niet roken, drinken of eten.Handen wassen na gebruik.Ongebruikte applicatoren dienen bewaard te worden in de intacte blisters.Vermijd contact van de inhoud van de applicator met de vingers. Indien dit optreedt, de handen wassen met zeep en water. In geval van accidentele blootstelling aan de ogen, de ogen zorgvuldig met water spoelen, aangezien het product milde irritatie van de slijmvliezen en ogen kan veroorzaken. Indien de oogirritatie persisteert of wanneer bijwerkingen geconstateerd worden, dient een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.Het hanteren van behandelde dieren dient beperkt te zijn tot de toedieningsplaats droog is en kinderen mogen niet met de behandelde dieren spelen gedurende deze periode. Daarom wordt het aanbevolen om recent behandelde dieren niet te laten slapen bij de eigenaren, en in het bijzonder niet bij kinderen.Personen met een bekende overgevoeligheid voor één van de werkzame bestanddelen of hulpstoffen moeten contact met het diergeneesmiddel vermijden.Bijwerkingen (frequentie en ernst):Een tijdelijke geklitte of stekelige vacht kan gezien worden op de toedieningsplaats na behandeling.Milde en voorbijgaande huidreacties (jeuk, haarverlies) kunnen voorkomen op de toedieningsplaats.Indien de kat aan de toedieningsplaats likt na behandeling, kan tijdelijk overmatig speekselen worden opgemerkt. Orale opname van het diergeneesmiddel kan ook resulteren in braken en/of voorbijgaande neurologische verschijnselen zoals ataxie, desoriëntatie, apathie en pupildilatatie.Al deze verschijnselen verdwijnen spontaan binnen 24 uur. Een correcte toediening zal het optreden van dergelijke gebeurtenissen minimaliseren (zie sectie 4.9).Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg:De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens dracht en lactatie.Uit laboratoriumonderzoek met de individuele ingrediënten bij ratten en konijnen zijn geen gegevens naar voren gekomen die wijzen op teratogene, foetotoxische, maternotoxische effecten.Uitsluitend gebruiken overeenkomstig de baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:Geen, voor zover bekend.Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota), indien noodzakelijk:Veiligheid is aangetoond met tot 5 keer de maximale blootstellingsdosering (i.e. tot 15 keer de aanbevolen dosering) in gezonde kittens van 7 weken en ouder, tot 6 keer behandeld met intervallen van vier weken. Dit is ook bevestigd in gezonde volwassen katten, 3 keer behandeld met intervallen van twee weken met tot 5 keer de aanbevolen dosering. Milde en voorbijgaande neurologische verschijnselen, zoals ataxie, desoriëntatie, apathie en pupildilatatie kunnen gezien worden, met spontaan herstel de dag erna. In geïsoleerde gevallen kan voorbijgaand speekselen en/of braken ook gezien worden, zowel in kittens als in volwassen katten.Katten geïnfecteerd met volwassen hartworm tolereerden tot 3 keer de maximale blootstellingsdosering (i.e. tot 9 keer de aanbevolen dosering), om de 4 weken voor 3 behandelingen, zonder enige bijwerkingen.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Bravecto spot-on pipet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van teken- en vlooieninfestaties bij katten.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Bravecto uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Bravecto spot-on voor de kat.
#Bijsluiter informatie Bravecto spot-on kat#
Indicaties
Voor de behandeling van teken- en vlooieninfestaties bij katten.Dit diergeneesmiddel is een systemisch insecticide en acaricide met onmiddellijke en aanhoudende vlooien- (Ctenocephalides felis) en teken- (Ixodes ricinus) dodende werking gedurende 12 weken.Vlooien en teken moeten gehecht zijn aan de gastheer en beginnen met voeden om blootgesteld te worden aan het werkzame bestanddeel.Het product kan gebruikt worden als onderdeel van een behandelingsstrategie tegen vlooienallergiedermatitis (VAD).
Geschikt voor
Kat.
Niet geschikt voor
Kittens jonger dan 11 weken.Katten lichter dan 1.2 kg.
Toediening & dosering
Voor spot-on gebruik.
Bravecto dient toegediend te worden volgens onderstaande tabel (overeenstemmend met een dosering van 40-94 mg fluralaner/kg lichaamsgewicht):
Gewicht van de kat (kg)
Sterkte en aantal van de toe te dienen pipetten
Bravecto 112,5 mg
Bravecto 250 mg
Bravecto 500 mg
1,2 - 2,8
1
>2,8 - 6,25
1
>6,25 - 12,5
1
Voor katten boven 12,5 kg lichaamsgewicht dient een combinatie van twee pipetten te worden gebruikt die het beste bij het lichaamsgewicht past.
Toedieningswijze:Stap 1: Onmiddellijk voor gebruik het sachet openen en de pipet eruit halen. De pipet dient bij de basis of bij het harde bovenste deel onder de dop rechtop vastgehouden te worden (punt naar boven) om deze te openen. De draai-en-gebruik dop dient met de klok mee of tegen de klok in één keer rondgedraaid te worden. De dop zal op de pipet blijven; het is niet mogelijk deze te verwijderen. De pipet is open en klaar voor gebruik als het breken van de verzegeling wordt gevoeld.Stap 2: De kat dient te staan of liggen met de rug horizontaal voor een gemakkelijke toediening. Plaats de pipetpunt aan de schedelbasis van de kat.Stap 3: Knijp zachtjes in de pipet en breng de gehele inhoud direct op de huid van de kat aan. Het product dient bij katten tot 6,25 kg lichaamsgewicht aangebracht te worden op één plek aan de schedelbasis en bij katten met meer dan 6,25 kg lichaamsgewicht op 2 plekken.
Behandelschema:Voor optimale controle van een teken- en vlooieninfestatie dient het diergeneesmiddel met een interval van 12 weken te worden toegediend.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Voor dit diergeneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities voor wat betreft de temperatuur. De pipetten dienen in originele staat bewaard te worden ter bescherming tegen uitdroging of vochtopname. De sachets moeten pas vlak voor gebruik geopend worden.Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in onaangebroken originele staat: 2 jaar.
Samenstelling
Werkzaam bestanddeel: iedere ml bevat 280 mg fluralaner.
Bevat per pipet:
Pipet inhoud (ml)
Fluralaner (mg)
voor kleine katten 1,2 - 2,8 kg
0,4
112,5
voor middelgrote katten >2,8 - 6,25 kg
0,89
250
voor grote katten >6,25 - 12,5 kg
1,79
500
Fluralaner is een acaricide en een insecticide. Het is werkzaam tegen teken (Ixodes spp.) en vlooien (Ctenocephalides spp.) op de kat.Binnen 12 uur na aanhechting van vlooien (C. felis) en binnen 48 uur na aanhechting van teken (I. ricinus) treedt het effect op.Fluralaner is zeer potent tegen teken en vlooien door blootstelling tijdens het voeden, m.a.w. het is systemisch werkzaam tegen de doelparasieten.Fluralaner is een sterke remmer van delen van het zenuwstelsel van geleedpotigen door de antagonistische werking op ligandafhankelijke chloridekanalen (GABA-receptor en glutamaat-receptor).Bij moleculaire on target studies op insect GABA receptoren van de vlo en de vlieg wordt fluralaner niet beïnvloed door dieldrinresistentie.Bij in vitro bio-assays wordt fluralaner niet beïnvloed door bewezen veldresistentie tegen amidines (teken), organofosfaten (teken, mijten), cyclodiënes (teken, vlooien, vliegen), macrocyclische lactonen (zeeluizen), fenylpyrazolen (teken, vlooien), benzofenyl urea (teken), pyrethroïden (teken, mijten) en carbamaten (mijten).Het product draagt bij aan de beheersing van de vlooienpopulatie in de omgeving waar de behandelde katten toegang tot hebben.Nieuwe vlooien op een kat worden gedood voordat ze levensvatbare eitjes kunnen produceren. Een in vitro studie liet tevens zien dat een zeer lage concentratie van fluralaner de productie van levensvatbare eitjes bij vlooien stopt.De levenscyclus van de vlo wordt doorbroken door het snelle en langdurige effect tegen volwassen vlooien op het dier en de afwezigheid van de productie van levensvatbare eieren.Fluralaner wordt gemakkelijk transdermaal opgenomen van de topicale toedieningsplek waarbij maximale plasmaconcentraties tussen 3 en 21 dagen na toediening worden bereikt. De langdurige aanwezigheid en langzame eliminatie uit het plasma (t1/2 = 12 dagen) en het gebrek aan een uitgebreid metabolisme resulteren in werkzame concentraties fluralaner voor de duur van het doseringsinterval. Onveranderd fluralaner wordt uitgescheiden via de faeces en in zeer kleine mate via de urine.
Bijwerkingen & waarschuwingen
Speciale waarschuwingen voor elke diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is:Parasieten moeten begonnen zijn met voeden op de gastheer om blootgesteld te worden aan fluralaner; het risico op overdracht van parasietgebonden ziekten kan daarom niet worden uitgesloten.Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:Voorkom contact met de ogen van het dier.Niet direct op huidlaesies gebruiken.Omdat er geen informatie beschikbaar is, dient dit diergeneesmiddel niet gebruikt te worden bij kittens jonger dan 11 weken en/of katten lichter dan 1,2 kg.Het product dient niet toegediend te worden met een interval korter dan 8 weken omdat de veiligheid bij een korter interval niet is onderzocht.Dit product is voor topicaal gebruik en dient niet oraal toegediend te worden.Voorkom dat pas behandelde dieren elkaar verzorgen.Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient:Dit product is schadelijk na inname. Bewaar het product tot gebruik in onaangebroken originele staat om te voorkomen dat kinderen in contact komen met het product. Een gebruikte pipet dient onmiddellijk te worden verwijderd. In geval van accidentele inname dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.Dit product en de natte huid van een pas behandeld dier kunnen licht irriterend zijn voor de huid en/of ogen. Voorkom contact met huid en/of ogen, inclusief hand-oog contact. Niet eten, drinken of roken tijdens de behandeling. Raak de toedieningsplek niet aan en voorkom dat kinderen deze aanraken totdat deze droog is; het is daarom aanbevolen de dieren in de avond te behandelen. Op de dag van behandeling is het niet toegestaan behandelde dieren te laten slapen in hetzelfde bed als hun eigenaar, vooral kinderen. Was de handen en aangeraakte huid grondig met zeep en water direct na gebruik van het product. In geval van contact met de ogen, onmiddellijk grondig reinigen met water.Het product is zeer brandbaar. Houd het weg van warmte, vonken, open vuur of andere ontstekingsbronnen.Het actieve bestanddeel in het product is zeer lipofiel en hecht aan de huid en kan na morsen van het product ook aan oppervlakken hechten.
De volgende voorzorgsmaatregelen worden daarom aanbevolen:- Draag geschikte handschoenen bij het hanteren of het toedienen van het product aan honden en katten.- In geval van morsen, bijvoorbeeld op tafel of vloeroppervlakken, de overmaat aan product verwijderen met een papieren tissue en het gebied schoonmaken met zeep.Voorkom dat behandelde dieren in contact komen met onbehandelde dieren totdat de toedieningsplek droog is.Dracht, lactatie en vruchtbaarheid:De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens dracht en lactatie. Uitsluitend gebruiken overeenkomstig de baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.Interactie(s) met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:Geen, voor zover bekend.
Fluralaner wordt sterk gebonden aan plasmaeiwitten en kan concurreren met andere sterk gebonden geneesmiddelen zoals non-steroidal anti-inflammatory drugs (NSAIDs) en het coumarinederivaat warfarine. Incubatie van fluralaner in de aanwezigheid van carprofen of warfarine in hondenplasma bij maximaal verwachte plasmaconcentraties leidde niet tot vermindering van de eiwitbinding van fluralaner, carprofen of warfarine.In laboratorium- en klinische studies werden geen interacties waargenomen tussen Bravecto spot-on oplossing voor katten en routinematig gebruikte diergeneesmiddelen.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):De veiligheid is bewezen bij kittens met een leeftijd van 11-13 weken en een gewicht van 1,2-1,5 kg die op 3 momenten een overdosering toegediend kregen van tot 5 maal de maximaal aanbevolen dosering met een korter interval dan aanbevolen (interval van 8 weken).Orale opname van het product bij de maximaal aanbevolen dosering werd goed verdragen door katten, afgezien van wat voorbijgaande speekselvorming, hoesten of braken direct na toediening.
Onverenigbaarheden:Geen, voorzover bekend.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Bravecto spot-on pipet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van teken- en vlooieninfestaties bij honden.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Bravecto uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Bravecto Plus spot-on voor de hond.
#Bijsluiter informatie Bravecto spot-on hond#
Indicaties
Voor de behandeling van teken- en vlooieninfestaties bij honden.Dit diergeneesmiddel is een systemisch insecticide en acaricide met
Onmiddellijke en aanhoudende vlododende werking (Ctenocephalides felis en Ctenocephalides canis) gedurende 12 weken.
Onmiddellijke en aanhoudende tekendodende werking (Ixodes ricinus, Rhipicephalus sanguineus en Dermacentor reticulatus) gedurende 12 weken.
Vlooien en teken moeten gehecht zijn aan de gastheer en beginnen met voeden om blootgesteld te worden aan het werkzame bestanddeel. Het diergeneesmiddel kan gebruikt worden als onderdeel van een behandelingsstrategie tegen vlooienallergiedermatitis (VAD). Voor de behandeling van demodicose veroorzaakt door Demodex canis.Voor de behandeling van schurftmijt (Sarcoptes scabiei var. canis) infestatie.
Geschikt voor
Hond.
Niet geschikt voor
Pups jonger dan 8 weken.Honden lichter dan 2 kg.
Toediening & dosering
Voor spot-on gebruik.
Bravecto dient toegediend te worden volgens onderstaande tabel (overeenkomstig een dosering van 25–56 mg fluralaner/kg lichaamsgewicht binnen een gewichtsklasse):
Gewicht van de hond (kg)
Sterkte en aantal van de toe te dienen pipetten
Bravecto
112.5 mg
Bravecto
250 mg
Bravecto
500 mg
Bravecto
1000 mg
Bravecto
1400 mg
2-4,5
1
>4,5-10
1
>10-20
1
>20-40
1
>40-56
1
De kauwtabletten dienen niet gebroken of verdeeld te worden.Voor honden boven 56 kg lichaamsgewicht, dient een combinatie van twee tabletten te worden gebruikt die het beste bij het lichaamsgewicht past.
Toedieningswijze
Stap 1: Onmiddellijk voor gebruik het sachet openen en de pipet eruit halen. Doe handschoenen aan. De pipet dient bij de basis of bij het harde bovenste deel onder de dop rechtop vastgehouden te worden (punt naar boven) om deze te openen. De draai-en-gebruik dop dient met de klok mee of tegen de klok in één keer rondgedraaid te worden. De dop zal op de pipet blijven; het is niet mogelijk deze te verwijderen. De pipet is open en klaar voor gebruik als het breken van de verzegeling wordt gevoeld.
Stap 2: De hond dient te staan of te liggen met de rug horizontaal tijdens toediening. Plaats de pipetpunt verticaal tegen de huid tussen de schouderbladen van de hond.
Stap 3: Knijp zachtjes in de pipet en breng de gehele inhoud direct op de huid van de hond aan op één plek (als volume klein is) of op verschillende plekken langs de ruglijn van de schouder tot de staartbasis. Voorkom toediening van meer dan 1 ml vloeistof op één plek omdat een deel van de oplossing van de hond af kan lopen.
Behandelschema
Voor een optimale controle van een teken- en vlooieninfestatie dient het diergeneesmiddel met een interval van 12 weken te worden toegediend. Voor de behandeling van Demodex canis mijtinfestaties dient een enkele dosis van het diergeneesmiddel te worden toegediend. Aangezien demodicose door meerdere factoren wordt beïnvloed is het raadzaam om ook enige onderliggende ziekte adequaat te behandelen.Voor de behandeling van schurftmijtinfestaties (Sarcoptes scabiei var. canis) dient een enkele dosis van het diergeneesmiddel te worden toegediend. De noodzaak en frequentie van herbehandeling dient in lijn te zijn met het advies van de behandelend dierenarts.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Dit diergeneesmiddel vereist geen speciale voorzorgsmaatregelen ten aanzien van de temperatuur. De pipetten dienen in originele staat bewaard te worden ter bescherming tegen uitdroging of vochtopname. De sachets moeten pas vlak voor gebruik geopend worden.Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in de onaangebroken originele staat: Bravecto 112,5 mg spot-on oplossing: 2 jaar.Bravecto 250 mg/ 500 mg/ 1000 mg/ 1400 mg spot-on oplossing: 3 jaar.
Samenstelling
Werkzaam bestanddeel: iedere ml bevat 280 mg fluralaner.
Bevat per pipet:
Pipet inhoud (ml)
Fluralaner (mg)
voor zeer kleine honden 2 - 4,5 kg
0,4
112,5
voor kleine honden >4,5 - 10 kg
0,89
250
voor middelgrote honden >10 - 20 kg
1,79
500
voor grote honden >20 - 40 kg
3,57
1.000
voor zeer grote honden >40 - 56 kg
5,0
1.400
Fluralaner is een acaricide en een insecticide. Het is werkzaam tegen teken (Ixodes spp., Dermacentor spp. en Rhipicephalus sanguineus), vlooien (Ctenocephalides spp.), Demodex canis mijten en schurftmijt (Sarcoptes scabiei var. canis) bij de hond. Binnen 8 uur na aanhechting van vlooien (C. felis) en binnen 12 uur na aanhechting van teken (I. ricinus) treedt het effect op.Fluralaner is zeer potent tegen teken en vlooien door blootstelling tijdens het voeden, m.a.w. het is systemisch werkzaam tegen de doelparasieten.Fluralaner is een sterke remmer van delen van het zenuwstelsel van geleedpotigen door de antagonistische werking op ligandafhankelijke chloridekanalen (GABA-receptor en glutamaat-receptor).Bij moleculaire on target studies op insect GABA receptoren van de vlo en de vlieg wordt fluralaner niet beïnvloed door dieldrinresistentie. Bij in vitro bio-assays wordt fluralaner niet beïnvloed door bewezen veldresistentie tegen amidines (teken), organofosfaten (teken, mijten), cyclodiënes (teken, vlooien, vliegen), macrocyclische lactonen (zeeluizen), fenylpyrazolen (teken, vlooien), benzofenyl urea (teken), pyrethroïden (teken, mijten) en carbamaten (mijten).Het diergeneesmiddel draagt bij aan het onder controle houden van de vlooienpopulatie in gebieden waartoe behandelde honden toegang hebben.Nieuwe vlooien op een hond worden gedood voordat ze levensvatbare eitjes kunnen produceren. Een in vitro studie liet tevens zien dat een zeer lage concentratie van fluralaner de productie van levensvatbare eitjes bij vlooien stopt.De levenscyclus van de vlo wordt doorbroken door het snelle en langdurige effect tegen volwassen vlooien op het dier en de afwezigheid van de productie van levensvatbare eieren. Fluralaner wordt gemakkelijk transdermaal opgenomen van de topicale toedieningsplek in het haar, de huid en onderliggende weefsels, waaruit het langzaam wordt geabsorbeerd in het vasculaire systeem. Een plateau wordt waargenomen tussen 7 en 63 dagen na toediening, waarna concentraties langzaam afnemen.De langdurige aanwezigheid en langzame eliminatie uit het plasma (t1/2 = 21 dagen) en het gebrek aan een uitgebreid metabolisme resulteren in effectieve concentraties van fluralaner voor de duur van het doseringsinterval. Onveranderd fluralaner wordt uitgescheiden via de faeces en in zeer kleine mate via de urine.
Bijwerkingen & waarschuwingen
Milde en voorbijgaande huidreacties op de toedieningsplek, zoals roodheid of kaalheid, zijn vaak waargenomen in klinische studies (1,2% van de behandelde honden).Braken, sloomheid en anorexie zijn zeer zelden gerapporteerd in spontane meldingen na gebruik van dit diergeneesmiddel.De frequentie van bijwerkingen wordt als volgt gedefinieerd:- zeer vaak (meer dan 1 op de 10 behandelde dieren vertonen bijwerking(en)).- vaak (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 100 behandelde dieren).- soms (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 1.000 behandelde dieren).- zelden (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 10.000 behandelde dieren).- zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 behandelde dieren, inclusief geïsoleerde rapporten).
Speciale waarschuwingen voor elke doeldiersoort:Parasieten moeten begonnen zijn met voeden op de gastheer om blootgesteld te worden aan fluralaner; het risico op overdracht van parasietgebonden ziekten kan daarom niet worden uitgesloten.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:Voorkom contact met de ogen van het dier. Niet direct op huidlaesies gebruiken.Was de hond niet en voorkom dat de hond in water gedompeld wordt of gaat zwemmen binnen 3 dagen na behandeling.Omdat er geen informatie beschikbaar is, dient dit diergeneesmiddel niet gebruikt te worden bij pups jonger dan 8 weken en/of honden lichter dan 2 kg.Het diergeneesmiddel dient niet toegediend te worden met een interval korter dan 8 weken omdat de veiligheid bij een korter interval niet is onderzocht. Dit diergeneesmiddel is voor topicaal gebruik en dient niet oraal toegediend te worden.
Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient: Contact met het diergeneesmiddel dient vermeden te worden en beschermende wegwerphandschoenen, verkregen bij dit diergeneesmiddel op het verkooppunt, moeten worden gedragen bij het gebruiken van het diergeneesmiddel om de volgende redenen:Overgevoeligheidsreacties, die mogelijk ernstig kunnen zijn, zijn bij een klein aantal mensen gemeld.Personen met een overgevoeligheid voor fluralaner of één van de hulpstoffen dienen elke blootstelling aan het diergeneesmiddel te vermijden.Het diergeneesmiddel hecht aan de huid en kan na morsen ook aan oppervlakken hechten. Huiduitslag, tinteling of een verdoofd gevoel zijn na huidcontact bij een klein aantal personen gemeld.In geval van huidcontact dient de betreffende plek onmiddellijk gewassen te worden met zeep en water. In sommige gevallen zijn zeep en water niet voldoende om het diergeneesmiddel van de vingers te krijgen. Contact met het diergeneesmiddel kan ook plaatsvinden tijdens het aanraken van het behandelde dier.Zorg ervoor dat de toedieningsplek op het dier niet meer zichtbaar is voordat er weer contact is met de toedieningsplek. Dit omvat ook knuffelen en het delen van een bed met het dier. Het duurt tot 48 uur totdat de toedieningsplek droog is, maar deze blijft langer zichtbaar.Raadpleeg een arts en toon het gehele product indien huidreacties zich voordoen.Mensen met een gevoelige huid of een bekende allergie in het algemeen, bijvoorbeeld voor andere diergeneesmiddelen van dit type, moeten zowel het diergeneesmiddel als behandelde dieren voorzichtig hanteren.Dit diergeneesmiddel kan oogirritatie veroorzaken. In geval van contact met de ogen, onmiddellijk grondig spoelen met water.Dit diergeneesmiddel is schadelijk na inname. Bewaar het diergeneesmiddel tot gebruik in onaangebroken originele staat om te voorkomen dat kinderen in contact komen met het diergeneesmiddel. Een gebruikte pipet dient onmiddellijk te worden weggegooid. In geval van accidentele inname dient een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.Het diergeneesmiddel is zeer brandbaar. Houd het weg van warmte, vonken, open vuur of andere ontstekingsbronnen.In geval van morsen, bijvoorbeeld op tafel of vloeroppervlakken, het gemorste diergeneesmiddel verwijderen met een papieren tissue en het gebied schoonmaken met zeep.
Dracht, lactatie en vruchtbaarheid:Kan gebruikt worden bij fokdieren, drachtige en lacterende honden.
Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:Geen bekend.Fluralaner wordt sterk gebonden aan plasmaeiwitten en kan concurreren met andere sterk gebonden werkzame stoffen zoals non-steroidal anti-inflammatory drugs (NSAIDs) en het coumarinederivaat warfarine. Incubatie van fluralaner in de aanwezigheid van carprofen of warfarine in hondenplasma bij maximaal verwachte plasmaconcentraties leidde niet tot vermindering van de eiwitbinding van fluralaner, carprofen of warfarine.In laboratorium- en klinische studies werden geen interacties waargenomen tussen Bravecto spot-on oplossing voor honden en routinematig gebruikte diergeneesmiddelen.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):De veiligheid is bewezen bij pups met een leeftijd van 8 – 9 weken en een gewicht van 2,0 – 3,7 kg die op 3 momenten een overdosering toegediend kregen van tot 5 maal de maximaal aanbevolen dosering met een korter interval dan aanbevolen (interval van 8 weken).De veiligheid is bewezen bij fokdieren, drachtige en lacterende dieren behandeld met een overdosering van tot 3 maal de maximaal aanbevolen dosering.Dit diergeneesmiddel werd goed verdragen door Collies met een deficiënt Multidrug-Resistance eiwit 1 (MDR 1 -/-) na eenmalige orale toediening van 3 maal de maximaal aanbevolen dosering.
Onverenigbaarheden:Geen, voorzover bekend.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Bravecto Plus spot-on pipet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor gecombineerde parasitaire infestaties van teken en vlooien, maagdarmwormen of hartwormen bij katten.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Bravecto Plus uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Bravecto Plus spot-on voor de kat.
#Bijsluiter informatie Bravecto Plus spot-on kat#
Indicaties
Voor katten met (risico op) gecombineerde parasitaire infestaties van teken en vlooien, maagdarmwormen of hartwormen. Het diergeneesmiddel is alleen geïndiceerd bij gebruik tegen teken of vlooien in aanwezigheid van één of meerdere van de andere doelparasieten.Voor de behandeling van teken- en vlooieninfestaties bij katten met onmiddelijke en aanhoudende vlooien- (Ctenocephalides felis) en teken- (Ixodes ricinus) dodende werking gedurende 12 weken.Vlooien en teken moeten gehecht zijn aan de gastheer en beginnen met voeden om blootgesteld te worden aan het werkzame bestanddeel.Het diergeneesmiddel kan gebruikt worden als onderdeel van een behandelingsstrategie tegen vlooienallergiedermatitis (VAD).Voor de behandeling van infecties met intestinale rondwormen (4e stadium larven, immature en volwassen vormen van Toxocara cati) en haakwormen (4e stadium larven, immature en volwassen vormen van Ancylostoma tubaeforme).Voor het voorkomen van hartwormziekten veroorzaakt door Dirofilaria immitis gedurende 8 weken.
Geschikt voor
Kat.
Niet geschikt voor
Kittens jonger dan 9 weken.Katten lichter dan 1.2 kg.
Toediening & dosering
Voor spot-on gebruik.
Bravecto Plus spot-on oplossing is verkrijgbaar in 3 pipetsterkten. Onderstaande tabel geeft de pipetsterkte aan die gebruikt moet worden afhankelijk van het lichaamsgewicht van de kat (overeenstemmend met een dosering van 40-94 mg fluralaner/kg lichaamsgewicht en 2-4,7 mg moxidectine/kg lichaamsgewicht):
Gewicht van de kat (kg)
Pipetsterkte die gebruikt moet worden
1,2 - 2,8
Bravecto Plus 112,5 mg + 5,6 mg spot-on oplossing voor kleine katten
Binnen iedere gewichtsklasse dient de gehele inhoud van de pipet te worden gebruikt.Voor katten boven 12,5 kg lichaamsgewicht dient een combinatie van twee pipetten te worden gebruikt die het beste bij het lichaamsgewicht past.
Toedieningswijze:Stap 1: Onmiddellijk voor gebruik het sachet openen en de pipet eruit halen. Doe handschoenen aan. De pipet dient bij de basis of bij het harde bovenste deel onder de dop rechtop vastgehouden te worden (punt naar boven) om deze te openen. De draai-en-gebruik dop dient met de klok mee of tegen de klok in één keer rondgedraaid te worden. De dop zal op de pipet blijven; het is niet mogelijk deze te verwijderen. De pipet is open en klaar voor gebruik als het breken van de verzegeling wordt gevoeld.Stap 2: De kat dient te staan of liggen met de rug horizontaal voor een gemakkelijke toediening. Plaats de pipetpunt aan de schedelbasis van de kat.Stap 3: Knijp zachtjes in de pipet en breng de gehele inhoud direct op de huid van de kat aan. Het diergeneesmiddel dient bij katten tot 6,25 kg lichaamsgewicht aangebracht te worden op één plek aan de schedelbasis en bij katten met meer dan 6,25 kg lichaamsgewicht op 2 plekken aan de schedelbasis.
Behandeling:Voor gelijktijdige behandeling van infecties met de maagdarmwormen T. cati en A. tubaeforme dient een enkele dosis van het diergeneesmiddel te worden toegediend. De noodzaak en frequentie van herbehandeling dient in lijn te zijn met het advies van de voorschrijvende dierenarts, rekening houdend met de lokale epidemiologische situatie. Indien nodig kunnen katten met een interval van 12 weken herbehandeld worden.Katten in gebieden waar hartworm endemisch is (of katten die op reis zijn geweest naar endemische gebieden) kunnen volwassen hartwormen bij zich dragen. Voordat Bravecto Plus wordt toegediend voor de gelijktijdige preventie van infectie met volwassen D. Immitis dient daarom het advies uit rubriek 4.4 te worden overwogen.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Dit diergeneesmiddel vereist geen speciale voorzorgsmaatregelen ten aanzien van de temperatuur. De pipetten dienen in de sachets bewaard te worden ter bescherming tegen uitdroging of vochtopname. De sachets moeten pas vlak voor gebruik geopend worden.Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in onaangebroken originele staat: 2 jaar.
Samenstelling
Iedere ml oplossing bevat 280 mg fluralaner en 14 mg moxidectine.
Bevat per pipet:
BRAVECTO PLUS spot-on oplossing
Pipet inhoud (ml)
Fluralaner (mg)
Moxidectine (mg)
voor kleine katten 1,2 - 2,8 kg
0,4
112,5
5,6
Fluralaner is een acaricide en een insecticide. Het is werkzaam tegen teken (Ixodes spp.) en vlooien (Ctenocephalides spp.) op de kat.Binnen 48 uur na behandeling van teken (I. ricinus) en vlooien (C.felis) treedt het effect (dodend effect) op.
Fluralaner is zeer potent tegen teken en vlooien door blootstelling tijdens het voeden, omdat het systemisch werkzaam is tegen de doelparasieten.Fluralaner is een sterke remmer van delen van het zenuwstelsel van geleedpotigen door de antagonistische werking op ligandafhankelijke chloridekanalen (GABA-receptor en glutamaat-receptor).Bij moleculaire on target studies op insect GABA receptoren van de vlo en de vlieg wordt fluralaner niet beïnvloed door dieldrinresistentie.Bij in vitro bio-assays wordt fluralaner niet beïnvloed door bewezen veldresistentie tegen amidines (teken), organofosfaten (teken), cyclodiënes (teken, vlooien), fenylpyrazolen (teken, vlooien), benzofenyl urea (teken) en pyrethroïden (teken).Het diergeneesmiddel draagt bij aan de beheersing van de vlooienpopulatie in de omgeving waar behandelde katten toegang tot hebben.Nieuwe vlooien op een kat worden gedood voordat ze levensvatbare eitjes kunnen produceren. Een in vitro studie liet tevens zien dat een zeer lage concentratie van fluralaner de productie van levensvatbare eitjes bij vlooien stopt.De levenscyclus van de vlo wordt doorbroken door het snelle en langdurige effect tegen volwassen vlooien op het dier en de afwezigheid van de productie van levensvatbare eieren.
MoxidectineMoxidectine, een halfsynthetische afgeleide van nemadectine, behoort tot de milbemycine groep van macrocyclische lactonen (avermectines zijn de andere groep) en heeft een parasietdodende werking tegen een verscheidenheid aan interne en externe parasieten. Moxidectine heeft onvoldoende effect tegen vlooien en teken. Moxidectine is alleen werkzaam tegen larven (L3 en L4) van Dirofilaria immitis en niet tegen volwassen wormen. De werking tegen Dirofilaria immitis larven is aangetoond voor een periode van 60 dagen na behandeling met het diergeneesmiddel.
Milbemycinen en avermectinen hebben een gemeenschappelijk werkingsmechanisme dat gebaseerd is op de binding van ligandafhankelijke chloridekanalen (glutamaat-R en GABA-R). Dit leidt tot een verhoogde membraanpermeabiliteit van zenuw- en/of spiercellen van nematoden en arthropoden voor chloride ionen resulterend in hyperpolarisatie, verlamming en dood van de parasieten. Binding van glutamaatafhankelijke chloridekanalen, welke specifiek zijn voor ongewervelden en niet voorkomen bij zoogdieren, wordt gezien als het belangrijkste mechanisme achter de anthelmintische en insectdodende werking.
Fluralaner wordt gemakkelijk systemisch opgenomen van de topicale toedieningsplek waarbij de maximale plasmaconcentraties tussen 3 en 21 dagen na toediening worden bereikt. Fluralaner wordt langzaam geëlimineerd uit het plasma (t1/2 = 15 dagen) en uitgescheiden via de faeces en in zeer kleine mate via de urine. Moxidectine wordt gemakkelijk systemisch opgenomen van de topicale toedieningsplek waarbij de maximale plasmaconcentraties tussen 1 en 5 dagen na toediening worden bereikt. Moxidectine wordt langzaam geëlimineerd uit het plasma (t1/2 = 26 dagen) en uitgescheiden via de faeces en in zeer kleine mate via de urine. De farmacokinetische profielen van fluralaner en moxidectine worden niet beïnvloed door gelijktijdig toedienen.
Bijwerkingen & waarschuwingen
Milde en voorbijgaande huidreacties op de toedieningsplek (kaalheid, huidschilfers en jeuk) zijn vaak waargenomen in klinische studies.Overige bijwerkingen die in klinische studies kort na toediening soms werden waargenomen zijn: kortademigheid na het likken van de toedieningsplaats, kwijlen, braken, braken met bloed, diarree, sloomheid, koorts, versnelde ademhaling, verwijding van de pupil.De frequentie van bijwerkingen wordt als volgt gedefinieerd:- Zeer vaak (meer dan 1 op de 10 behandelde dieren vertonen bijwerking(en)).- Vaak (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 100 behandelde dieren).- Soms (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 1.000 behandelde dieren).- Zelden (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 10.000 behandelde dieren).- Zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 behandelde dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Speciale waarschuwingen voor elke doeldiersoort:Het risico op overdracht van parasietgebonden ziekten kan niet worden uitgesloten, omdat teken en vlooien begonnen moeten zijn met voeden op de gastheer om blootgesteld te worden aan fluralaner.Katten in gebieden waar hartworm endemisch is (of katten die op reis zijn geweest naar endemische gebieden) kunnen volwassen hartwormen bij zich dragen. Er is geen therapeutisch effect tegen volwassen Dirofilaria immitis vastgesteld. In lijn met good veterinary practice wordt daarom aanbevolen om dieren van 6 maanden leeftijd of ouder en die in gebieden leven waar een vector bestaat te testen op aanwezige volwassen hartworminfecties voordat het diergeneesmiddel preventief gebruikt wordt tegen hartwormziekte.Voor de preventie van hartwormziekte bij katten die slechts tijdelijk in endemische gebieden zullen verblijven, dient het diergeneesmiddel toegediend te worden vóór de eerste verwachte blootstelling aan muggen De periode tussen behandeling en terugkomst uit endemische gebieden dient niet langer te zijn dan 60 dagen.Voor de behandeling van infecties met de maagdarmwormen T. cati en A. tubaeforme dient de noodzaak en frequentie van herbehandeling en de keuze van de behandeling (monosubstantie of combinatieproduct) beoordeeld te worden door de voorschrijvende dierenarts.
Parasitaire resistentie tegen elke specifieke anthelminticaklasse kan onder bepaalde omstandigheden ontwikkelen na frequent, herhaald gebruik van een anthelminiticum uit die klasse. Het gebruik van dit diergeneesmiddel dient gebaseerd te worden op de beoordeling van elk afzonderlijk geval en op lokale epidemiologische informatie over de huidige gevoeligheid van de doelparasietsoort om de mogelijkheid van een toekomstige ontwikkeling van resistentie te beperken. De aanpak van parasieten is aanbevolen gedurende de periode met een mogelijk infestatierisico.Voorkom frequent zwemmen of het wassen met shampoo van het dier omdat het behoud van effectiviteit van het diergeneesmiddel niet is getest in deze gevallen.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:Voorkom contact met de ogen van het dier.Niet direct op huidlaesies gebruiken.Dit diergeneesmiddel dient niet gebruikt te worden bij kittens jonger dan 9 weken en/of katten lichter dan 1,2 kg, omdat daarover geen informatie beschikbaar is.Behandeling van mannelijke fokdieren wordt niet aanbevolen.Dit diergeneesmiddel is voor topicaal gebruik en dient niet oraal toegediend te worden.Orale opname van het diergeneesmiddel bij de maximale aanbevolen dosering van 93 mg fluralaner + 4,65 mg moxidectine/kg lichaamsgewicht kan wat voorbijgaande speekselvorming of in sommige gevallen braken direct na toediening veroorzaken.Het is belangrijk om de dosis volgens voorschrift toe te dienen om te voorkomen dat het dier aan het diergeneesmiddel likt en het opneemt.Voorkom dat pas behandelde dieren elkaar schoonlikken.Voorkom dat behandelde dieren in contact komen met onbehandelde dieren totdat de toedieningsplek droog is.Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient:Dit diergeneesmiddel is schadelijk na inname. Bewaar het diergeneesmiddel tot gebruik in originele staat om te voorkomen dat kinderen in contact komen met het diergeneesmiddel. Een gebruikte pipet dient onmiddellijk te worden weggegooid.In geval van accidentele inname dient een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.Het diergeneesmiddel hecht aan de huid en kan na morsen ook aan oppervlakken hechten.Huiduitslag, tinteling of een verdoofd gevoel zijn na huidcontact bij een klein aantal personen waargenomen. Contact kan direct plaatsvinden, bij het hanteren van het diergeneesmiddel, of via het aanraken van het behandelde dier. Om contact te voorkomen dienen beschermende wegwerphandschoenen gedragen te worden bij het gebruiken en toedienen van het diergeneesmiddel.In geval van huidcontact dient de plek onmiddelijk gewassen te worden met zeep en water. In sommige gevallen zijn zeep en water niet voldoende om het diergeneesmiddel van de vingers te krijgen. Daarom moeten handschoenen worden gedragen.Zorg ervoor dat de toedieningsplek op het dier niet meer zichtbaar is voordat er weer contact is met de toediengsplek. Dit omvat ook knuffelen of het delen van een bed met het dier. Het duurt tot 48 uur totdat de toedieningsplek droog is, maar deze blijft langer zichtbaar.Raadpleeg een arts en laat deze het gehele product zien indien huidreacties zich voordoen.Dit diergeneesmiddel kan oogirritatie veroorzaken. In geval van contact met de ogen, onmiddellijk grondig spoelen met water.Overgevoeligheidsreacties tegen een ander diergeneesmiddel met fluralaner en dezelfde hulpstoffen als Bravecto Plus zijn waargenomen bij een klein aantal mensen. Personen met een bekende overgevoeligheid voor de actieve stof of een van de hulpstoffen moeten het diergeneesmiddel niet gebruiken (zie contra-indicaties, rubriek 5). Mensen met een gevoelige huid of bekende algemene allergie, bijvoorbeeld voor andere diergeneesmiddelen van dit type, moeten zowel het diergeneesmiddel als behandelde dieren voorzichtig hanteren.Het diergeneesmiddel is zeer brandbaar. Houd het weg van warmte, vonken, open vuur of andere ontstekingsbronnen.In geval van morsen, bijvoorbeeld op tafel of vloeroppervlakken, het gemorste diergeneesmiddel verwijderen met een papieren tissue en het gebied schoonmaken met zeep.
Dracht, lactatie en vruchtbaarheid:De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet vastgesteld tijdens dracht en lactatie en gebruik bij deze dieren wordt daarom afgeraden.
Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:Macrocyclische lactonen als moxidectine zijn substraten voor P-glycoproteïne. Daarom dienen tijdens behandeling met Bravecto Plus diergeneesmiddelen die P-glycoproteïne kunnen remmen (zoals cyclosporine, ketoconazol, spinosad, verapamil) uitsluitend gebruikt te worden overeenkomstig de baten/risicobeoordeling van de verantwoordelijke dierenarts.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):Er zijn geen bijwerkingen waargenomen na topicale toediening bij kittens met een leeftijd van 9-13 weken en een gewicht van 0,9-1,9 kg die op 3 momenten een overdosering toegediend kregen van tot 5 maal de maximaal aanbevolen dosering (93 mg fluralaner + 4,65 mg moxidectine, 279 mg fluralaner + 13,95 mg moxidectine en 465 mg fluralaner + 23,25 mg moxidectine /kg lichaamsgewicht) met een korter interval (interval van 8 weken) dan aanbevolen.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek
De Bravecto kauwtablet is een geregistreerd diergeneesmiddel voor de behandeling van teken- en vlooieninfestaties bij honden.
Alleen verkijgbaar in de dierenkliniek, online niet te bestellen.
Dit product is een geregistreerd REG NL UDA diergeneesmiddel.
U kunt Bravecto uitsluitend laten voorschrijven en verstrekken door uw eigen dierenarts.
U vindt hier de bijsluiter informatie van de Bravecto kauwtablet voor de hond.
#Bijsluiter informatie Bravecto kauwtablet hond#
Indicaties
Voor de behandeling van teken- en vlooieninfestaties bij honden.Dit diergeneesmiddel is een systemisch insecticide en acaricide met:
Onmiddellijke en aanhoudende vlododende werking (Ctenocephalides felis) gedurende 12 weken.
Onmiddellijke en aanhoudende tekendodende werking tegen Ixodes ricinus, Dermacentor reticulatus en D. variabilis gedurende 12 weken.
Onmiddellijke en aanhoudende tekendodende werking tegen Rhipicephalus sanguineus gedurende 8 weken.
Vlooien en teken moeten aangehecht zijn aan de gastheer en beginnen met voeden om blootgesteld te worden aan het werkzame bestanddeel. Binnen 8 uur na aanhechting van vlooien (C. felis) en binnen 12 uur na aanhechting van teken (I. ricinus) treedt het effect op. Het product kan gebruikt worden als onderdeel van een behandelingsstrategie tegen vlooienallergiedermatitis (VAD).
Geschikt voor
Hond.
Niet geschikt voor
Pups jonger dan 8 weken.Honden lichter dan 2 kg.
Toediening & dosering
Voor oraal gebruik.
Bravecto dient toegediend te worden volgens onderstaande tabel (overeenkomstig een dosering van 25–56 mg fluralaner/kg lichaamsgewicht binnen een gewichtsklasse):
Gewicht van de hond (kg)
Sterkte en hoeveelheid van de toe te dienen tabletten
Bravecto
112.5 mg
Bravecto
250 mg
Bravecto
500 mg
Bravecto
1000 mg
Bravecto
1400 mg
2-4,5
1
>4,5-10
1
>10-20
1
>20-40
1
>40-56
1
De kauwtabletten dienen niet gebroken of verdeeld te worden.Voor honden boven 56 kg lichaamsgewicht, dient een combinatie van twee tabletten te worden gebruikt die het beste bij het lichaamsgewicht past.
ToedieningswijzeDien Bravecto kauwtabletten toe tijdens of rond een maaltijd. Bravecto is een kauwtablet die door de meeste honden goed wordt geaccepteerd. Als de tablet niet vrijwillig wordt opgenomen kan de tablet met voedsel of direct in de mond gegeven worden. Bij de toediening dient de hond in de gaten gehouden te worden om er zeker van te zijn dat de tablet wordt doorgeslikt.
BehandelschemaVoor een optimale controle van een vlooieninfestatie, dient het diergeneesmiddel toegediend te worden met een interval van 12 weken. Voor een optimale controle van een tekeninfestatie is het tijdstip van een herhalingsbehandeling afhankelijk van de tekensoort.
Houdbaarheid & bewaaradvies
Voor dit diergeneesmiddel zijn er geen speciale voorzorgen voor de bewaring.Houdbaarheid van het diergeneesmiddel in de onaangebroken originele staat: 2 jaar.
Samenstelling
Kauwtablet. Licht-tot donkerbruine, ronde tablet met een glad of enigszins ruw oppervlak. Een marmerpatroon, spikkels of beiden kunnen zichtbaar zijn.Werkzame bestanddelen. Iedere kauwtablet bevat:
Bravecto kauwtabletten
Fluralaner (mg)
voor zeer kleine honden (2-4,5 kg)
112,5
voor kleine honden (>4,5-10 kg)
250
voor middelgrote honden (>10-20 kg)
500
voor grote honden (>20-40 kg)
1.000
voor extra grote honden (>40-56 kg)
1.400
Fluralaner is een acaricide en een insecticide. Het is werkzaam tegen teken (Ixodes spp., Dermacentor spp. en Rhipicephalus sanguineus) en vlooien (Ctenocephalides spp.) op de hond.Fluralaner is zeer potent tegen teken en vlooien door blootstelling tijdens het voeden, m.a.w. het is systemisch werkzaam tegen de doelparasieten.Fluralaner is een sterke remmer van delen van het zenuwstelsel van geleedpotigen door de antagonistische werking op ligandafhankelijke chloridekanalen (GABA-receptor en glutamaat-receptor).Bij moleculaire on target studies op GABA receptoren van de vlo en de vlieg wordt fluralaner niet beïnvloed door dieldrinresistentie.Bij in vitro bio-assays wordt fluralaner niet beïnvloed door bewezen veldresistentie tegen amidines (teken), organofosfaten (teken, mijten), cyclodiënes (teken, vlooien, vliegen), macrocyclische lactonen (zeeluizen), fenylpyrazolen (teken, vlooien), benzofenyl urea (teken), pyrethroïden (teken, mijten) en carbamaten (mijten).Het product draagt bij aan de beheersing van de vlooienpopulatie in de omgeving waar de behandelde honden toegang tot hebben.
Nieuwe vlooien op een hond worden gedood voordat ze levensvatbare eitjes kunnen produceren. Een in vitro studie laat tevens zien dat een zeer lage concentratie van fluralaner de productie van levensvatbare eitjes bij vlooien stopt. De levenscyclus van de vlo wordt doorbroken door het snelle en langdurige effect tegen volwassen vlooien op het dier en de afwezigheid van de productie van levensvatbare eieren.Na orale toediening wordt fluralaner snel opgenomen waarbij maximale plasmaconcentraties binnen 1 dag worden bereikt. Voedsel vergroot de opname. Fluralaner wordt systemisch verdeeld en bereikt de hoogste concentraties in vet, gevolgd door de lever, nieren en spieren. De langdurige aanwezigheid en langzame eliminatie uit het plasma (t1/2 = 12 dagen) en het gebrek aan een uitgebreid metabolisme resulteren in effectieve concentraties van fluralaner voor de duur van het doseringsinterval. Individuele variatie in Cmax en t1/2 werd waargenomen. De belangrijkste eliminatieroute is de uitscheiding van onveranderd fluralaner in faeces (~90% van de dosis). Uitscheiding via de nieren is een minder belangrijke eliminatieroute.
Bijwerkingen & waarschuwingen
Vaak voorkomende bijwerkingen in klinische studies (1,6% van de behandelde honden) waren milde en voorbijgaande gastro-intestinale verschijnselen zoals diarree, braken, gebrek aan eetlust en kwijlen.De frequentie van het optreden van bijwerkingen is gedefinieerd aan de hand van de volgende indeling:- zeer vaak (meer dan 1 op de 10 dieren vertonen bijwerking(en) gedurende de duur van één behandeling).- vaak (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 100 dieren).- soms (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 1.000 dieren).- zelden (meer dan 1 maar minder dan 10 van de 10.000 dieren).- zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 dieren, inclusief op zichzelf staande meldingen).Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen.
Speciale waarschuwingen voor elke diersoort:Parasieten moeten begonnen zijn met voeden op de gastheer om blootgesteld te worden aan fluralaner; het risico op overdracht van parasiet gebonden ziekten kan daarom niet worden uitgesloten.Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:Omdat er geen informatie beschikbaar is dient het diergeneesmiddel niet gebruikt te worden bij pups jonger dan 8 weken en/of honden lichter dan 2 kg.Het product dient niet toegediend te worden met een interval korter dan 8 weken omdat de veiligheid bij een korter interval niet is onderzocht.Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het geneesmiddel aan de dieren toedient:Bewaar het product tot gebruik in de oorspronkelijke staat om te voorkomen dat kinderen in contact komen met het product.Niet eten, drinken of roken tijdens de behandeling. Was de handen grondig met zeep en water direct na gebruik.Dracht, lactatie en vruchtbaarheid:Het diergeneesmiddel kan gebruikt worden bij fok-, drachtige- en lacterende honden.Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:Geen, voor zover bekend.Fluralaner is sterk gebonden aan plasmaeiwitten en kan concurreren met andere sterk gebonden geneesmiddelen zoals non-steroidal anti-inflammatory drugs (NSAIDs) en het coumarinederivaat warfarine. Incubatie van fluralaner in de aanwezigheid van carprofen of warfarine in hondenplasma bij maximaal verwachte plasmaconcentraties leidde niet tot vermindering van de eiwitbinding van fluralaner, carprofen of warfarine.Tijdens klinische studies zijn er geen interacties waargenomen tussen Bravecto kauwtabletten voor honden en routinematig gebruikte diergeneesmiddelen.Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):De veiligheid is bewezen bij fok-, drachtige- en lacterende dieren behandeld met een overdosering van 3 maal de aanbevolen maximale dosering.De veiligheid is bewezen bij pups met een leeftijd van 8–9 weken en een gewicht van 2,0–3,6 kg, behandeld met een overdosering tot 5 maal de aanbevolen maximale dosering tijdens 3 gelegenheden met een korter interval dan aanbevolen (interval van 8 weken). Het diergeneesmiddel werd goed verdragen door Collies met een deficiënt Multidrug-Resistance eiwit 1 (MDR 1 -/-) na eenmalige orale toediening van 3 maal de aanbevolen dosering.
Onverenigbaarheden:Geen, voorzover bekend.
Alleen verkrijgbaar in uw dierenkliniek